409 zooclat zij nimmer in de gelegenheid geweest zijn, om het weinigje rechtskennisdat zij hebben moeten leeren voor het officiers-examen, in toepassing te brengen; het is natuurlijk, dat dezen, ook met het oog op het hierboven vermelde, allicht geneigd zijn, om de qualificatie van het feit en den eisch van den auditeur-militair toe te stemmen; wij hebben het geval bijgewoond, dat de president en de beide kapiteins leden van een ander gevoelen waren, dan de auditeur, maar dat toch diens qualificatie en eisch doorgingenomdat de vier jongste leden, dus de meerderheid, er vóór stemden. Wij vragen, wie sprak hier recht, de secretaris of de krijgsraad? Men kan hiertegen aanvoeren, dat volgens artikel 213 R. L. geen vonnis (in gewone omstandigheden althans) ten uitvoer gelegd wordt, dan na approbatie van het hoog-militair-gerechtshofdoch ook dit collegie is overladen met werkzaamheden, en bestaat bovendien voor de helft uit militairen en voor de andere helft uit leden van het hoog-gerechtshof, die hiertoe om beurten voor eenen zekeren tijd benoemd worden, terwijl ook tevens de president een rechtsgeleerde is; de militairen worden dus hier al weder, in hoogste ressort, ge- vonnisd door eene rechtbankwaarvan het grootste aantal ledende president medegerekenduit burgers bestaat, die zeker wel kun dige rechtsgeleerden zijn, doch wier militaire kennis, wier begrip van militaire toestandenuit den aard der zaak niet zoo veel meer is, dan die der auditeurs-militair; en die natuurlijk allicht geneigd zijnom meer waarde te hechten aan het gevoelen van hunnen collega, meester in de rechten (den auditeur-militair), dan aan dat van eenige officierenwier rechtskennis over het algemeen slechts zeer twijfelachtig, om niet te zeggen zeer gebrekkig, genoemd moet worden. Neen, over militairen moeten alléén militairen recht spreken, en dus in de eerste plaats moet de auditeur-militair bij de krijgsraad zijn, een officier. Wij komen echter later hierop terug. Het zij verre van ons, iets te willen afdingen op de ijverige werkzaamheid onzer auditeurs-militairintegendeelwij zijn verschei dene jaren op eene hoofdplaats geweest, en hebben dus met onder scheidene dier heeren kennis gemaakten wij kunnen niet anders zeggen dan dat zij den meest volhardenden ijver betoondendoch men staat voor eene betrekkelijke onmogelijkheidhet ontbreekt hun, uit den aard der zaakgeheel en al aan militaire kennisen alvo rens zij auditeur-militair worden, zijn zij 5, 6 of 7 jaren rechterlijk 18

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1871 | | pagina 416