415 De eerste aldus gepromoveerde officieren zouden onmiddellijk ge plaatst kunnen worden als vaste auditeurs-militair bij de krijgsraden ter vervanging van de nu bestaande, en naargelang er meerdere aankomen, zouden deze geplaatst kunnen worden op de hoofdplaatsen, om in den eersten tijd, steeds zitting te nemen in eiken krijgsraad, tot dat er, na verloop van 4 of 5 jaar, een genoegzaam aantal aan wezig isom permanente krijgsraden samen te stellendie enkel uit meesters in het militair recht bestaanen die dagelijks zitting nementerwijl bovendien de leden nog gebezigd konden worden tot commissaris en secretaris bij de gerechtelijke informatien in de residentie van de krijgsraad, waardoor veel tijd aan den auditeur zoude worden bespaard, -dien hij noodig heeft tot het voorloopig onderzoek der processtukken uit de verschillende garnizoensplaatsen. Aan den auditeur-militair zoude voor zijne meerdere werkzaam heden eene toelage van f 50,per maand gegeven kunnen worden; doch de leden van de krijgsraad genieten niets dan het tractement aan hunnen rang verbonden. Zoodra er een voldoend aantal officieren- meesters in reserve aanwezig is, die, wanneer de krijgsraden vol tallig zijn, in de verschillende garnizoenen geheel als gewone officieren dienst doenen waar zij bij voorkeur zouden kunnen gebruikt worden bij de informatienzouden de leden van den krijgsraad en de auditeur successivelijk om de 3 jaar kunnen wor den afgelost, om weder als gewoon officier bij het leger in te treden, en door anderen vervangen kunnen wordenterwijl men eindelijk uit deze officieren-meesters later zoude kunnen kiezen de leden van het hoog-militair-geregtshof, waardoor de burger-leden van zelf zou den komen te vervallen. Het is waardoor deze regeling zullen er eenige hoofdofficieren, kapiteins en luitenants meer noodig zijn dan thans, en het budget dus met een zestig of zeventig duizend gulden verhoogd worden, doch wij houden ons overtuigd, dat niemand hiertegen eenige be denking zal maken, wanneer die gelden zóó nuttig besteed worden als hier het geval is; namelijk tot samenstelling van militaire recht banken, geheel bestaande uit deskundige personen, waardoor dus de rechtsspraak gewaarborgd is van zoo vele duizende militairen, die dan toch ook staatsburgers en grootendeels landskinderen zijn. De geringste burger staat te recht voor eene rechtbankdie samengesteld is uit rechtsgeleerdendus mannenwaarvan eenige waarborg aanwezig is, dat zij voor hunne taak geschikt zijn; waarom dan aan den soldaat niet dienzelfden waarborg gegeven?

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1871 | | pagina 422