ook waardoor aan dien oneigenaardigen toestand voor goed een
einde werd gemaakt.
Die beslissing is genomen blijkens de algemeene order JNTo. 8'2 van
1871, waarbij ter kennisse van het leger wordt gebragt, dat het
officiers-kleedingmagazijn met ingang van 1 Juli 1871 is opgeheven.
Ais een gevolg daarvan is op den 16 u en 17en Augustus te Ba
tavia publieke verkoop gehouden van alle resteerende officiersgoe-
deren, en heeft met die handeling het magazijn dus feitelijk opge
houden te bestaan.
Bij evengenoemde order wordt echter het stilzwijgen bewaard over
de wijzewaarop alsnu in de behoefte van de door de officieren van
het Indisch leger benoodigde equipementstukken zal worden voorzien,
en komt het dus niet gewaagd vooraan te nemendat de regeering
aan de officieren wenscht overtelaten zich, even als particulieren,
naar eigen goedvinden van de benoodigde kleeding en uitrusting te
voorzien.
Dit beginsel uitsluiting van bemoeienis der regeering met zaken
van geheel particulieren aard is geheel overeenstemmende met
den geest des tijds en *met de goed begrepen regelen van staathuis
houdkunde, zoodat men, in zooverre, dan ook vrede kan hebben
met de genomen beschikking.
Intusschen zal de voor de meeste officieren onverwachte, plotselinge
opheffing van het magazijn vermoedelijk velen hunner met ons heb
ben gesteld voor de vraag, op welke wijze zij zich voortaan het be
noodigde op de beste en minst kostbare wijze zullen kunnen ver
schaffen.
Het is eeil bekend feit, dat de waarborg, van op eene geregelde
en gemakkelijke wijze in het bezit te geraken van de gelden, ver
schuldigd door verscheideneoveral verspreide debiteurenge
paard aan de zekerheid van te leveren aan de. massavan zeer be
duidenden invloed is op de prijzen, voor onderscheidene artikelen
genoteerd.
Wij gelooveu niet te overdrijven, wanneer wij den invloed van het
al dan niet stellen van dien waarborg ramen op een verschil van
25 tot 30 procent.
Vermoedelijk hebben ook deze overwegingen grootendeels voorge-
heerscht bij de vaststelling van het nreglement van inrigtingbeheer
en administratie van liet officier shleedingfonds in Nederland
opgenomen in het Nederlandsch ïtecueil militair van 1851.
Niettegenstaande toch de voorziening in de behoefte aan uitrusting-
476