489
Art. 14.
Ontbinding der Waaneer de aannemer herhaalde malen nalatig blijft in
de nakoming zijner verbintenis, zal het er voor worden
gehouden, dat hij niet bij machte is, de overeenkomst gestand
te doenen kan de ontbinding daarvan door de hoofd
commissie worden gevorderd, wanneer de aannemer en
de bij art. 13 genoemde borgen geen genoegen mochten
nemen in eene ontbinding met onderling goedvinden, en
zich niet geheel mochten onderwerpen aan de vergoeding
der door die ontbinding te berokkenen schadewaaromtrent
zij zich moeten verklaren bij een in rechten geldend stuk.
In ieder geval wordt echter al dadelijk voor zijne reke
ning en risico in de behoefte voorzien, hetzij middels onder -
handsche overeenkomsthetzij middels publieke her-inschrij
ving voor deze levering.
Art. 15.
Hoe te handelen Indien de aannemer gedurende den loop van het met
bij faillissement van x i?i vi-
den aannemer. hem gesloten contract in staat van iaillissement 01 KennelijK
onvermogen geraakt, zijn de bij art. 13 genoemde borgen
verplicht voor de behoorlijke nakoming der overeenkomst,
waarvoor zij zich als borgen hebben gesteld, binnen den
kortstmogelijken tijd, ten genoege van de hoofdcommissie
een geschikt persooil aan te wijzen, die in de plaats van
den buiten het beheer zijner goederen gestelden aannemer
als zoodanig optreedt, bij gebreke waarvan, na vrachteloos
gedane aanmaningzonder verdere wettelijke in morastelling
de hoofdcommissie het recht heeft in de levering, voor
rekening en risico der borgente doen voorzien op elke
zoodanige wijze als oirbaar voorkomt.
Art. 16.
Hoe te handelen r, aannemer tijdens den duur van het ten deze met
by ontstentenis van n
den aannemer. kem gesl0ten contract overlijdt of buiten staat geraakt
persoonlijk voor de richtige nakoming der verbintenis te
zorgen, zijn zijne erven of rechtverkrijgenden tot de behoor
lijke uitvoering der verbintenis gehoudentenzij de hoofd
commissie dienaangaande, op verzoek van de erven of
rechtverkrijgenden en met toestemming der borgen, anders
mocht beslissendoch in geen geval worden de bij artikel 13
genoemde borgen ontslagen van hunne verbintenis als
zoodanig.
Evenals in elk ander geval ten deze, voor arbiters.