47 rust werd in de gewesten, die in de laatste jaren het tooneel van opstand waren geweest, meer en meer bevestigd. Van 1S70 valt onder deze rubriek slechts het volgende te ver melden. Door eene kompagnie infanterie van het garnizoen van Padang werd in Eebruari 1870 als landingsdivisie deelgenomen aan eeue gewapende demonstratie naar een der Mentawi-eilanden (Sumatra's Westkust), waar zich eenige kampongs aan het uitplunderen van een Nederlandsch-Indisch handelsvaartuig en aan het vermoorden der bemanning hadden schuldig gemaakt. Het mocht echter na eenige dagen verblijf aan wal niet gelukken de schuldigen te ach terhalen, daar de betrokken kampongbewoners nergens stand hielden, en zich in de dichte wildernissen immer onbereikbaar wisten te maken. De landingsdivisie bepaalde zich derhalve tot het vernielen der schuldige kampongs en keerde na eene afwezigheid van twaalf dagenzonder eenig letselin haar garnizoen terug. Gewapende /corpse// niet rechtstreeks tot het leger hehoorende. Tot uitbreiding der formatie van het legioen van prins Pakoe Alam van Djokjokarta werd de vereischte machtiging verleend. Het legioen zal nu, ingevolge gouvernements-besluit van H9 Juli jl. No. 45bestaan uit een half bataillon infanterie en ééne kompagnie kavallerie, ter gezamenlijke sterkte van-397 hoofden. Tevens zijn bij het aangehaald besluit nieuwe bepalingen vastgesteld omtrent de kleeding en uitrusting van gemeld legioen. De formatie van de verschillende korpsen in 1S69 was Europeanen. Inlanders. Pradjoerits49 2059 Legioen van prins Pakoe Alam (Djokjokarta) 159 it n Mangkoe Negoro (Soera- karta) 851 Djajang-sekars11 281 Barissans19 2968 De toestand en geoefendheid der legioenen wordt zeer geroemd.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1871 | | pagina 54