550 worden in de omstandigheiddat de soldaten in dien goeden ouden tijd minder lang leefden Ter zake Men late de verhoogde soldij gedurende het 2e zesjarig verband zooals ze nu isbehalve dat die der inlanders met één cent per dag worde verhoogd. Bij den ingang van het 3e zesjarig verband vermeerdere men deze soldij voor Europeanen en Amboinezen met vier voor Afrikanen eh Inlanders met twee centen en bij den aanvang van het 4e zes jarig verband voor de eerstgenoemden met nog twee en voor de laatsten met nog één cent daags. Alle onder-officieren geve men bovendien na ommekomst van hun eerste zesjarig verband, onverschillig wanneer zij dezen graad hebben verkregen of verkrijgeneen surplus van vier, bij den ingang van het 3e verband van nog drie en bij het 4e van nogmaals drie centen per dag. Op tarief No. 13 zou alsdan dienen te worden bijgevoegd onder Lett. D. voor een Europeaan 2C verband f 0,06 j en <j 3e 0,10 per dag. Amboinees 4e 0,12 J voor een Afrikaan I 2e verband f 0,03 1 en 3e 0,05 J per dag. Inlander 4e n n 0,06 j Surplus voor onder-officieren van alle natiën. In het 2« zesjarig verband f 0,04 n 3C 0,07 per dag. 4e 0,10 Het voor de onder-officieren aangegeven surplus zal wel niemand wrakendie bekend is met de goede en vele diensten welke zij in het leger verrichtenden oppervlakkigen lezer zal het misschien nog wel wat karig toeschijnenmaar dan verzoeken wij hem om eene nauwkeurige optelling te doen van al de centenwelke hun in het 2e, 3e en 4e verbandvolgens dezen maatstaf zullen worden uit gekeerd. Hoewel het spaarfonds nog al deelhebbers teltziet men toch maar enkele manschappen, die den dienst met gagement verlaten, eene beduidende som daaruit ontvangen; ook dit stemt overeen met het door ons aangeteekende omtrent behoefteen geeft ons aanleiding tot het voorstel, om aan de met gagement wegens volbrachten dienst-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1871 | | pagina 557