559 In dezen brief geeft hij ook de hoop te kennen, dat de officieren zich zeiven wat meer zullen eerbiedigen dan zij doen tegenover hunne soldatenmet wie zij over het algemeen te veel naar de kroeg gaanm De kommandant van het derde Jura-bataljon, in bezetting te Rort-Louis aan den Rijn, protesteerde in Maart 1792, in het open baar, in naam van zijne krijgsmakkers, tegen het deserteereu van drie en twintig //lafaards", waaronder een officier. Deze officiereen korporaal en vier van de weggeloopen vrijwilligers waren in hun. departement teruggekeerddoor de gendarmerie gevat om naar hun korps te worden teruggevoerdwerden zij, bij het doortrekken van het departement Doubs, bij een besluit van het directoire van dit departement weder losgelaten. De eischen van deze gevangenen en het besluit van het directoire steunden op een artikel van het besluit van 28 Dec. 1791, dat aldus luidde: //Ieder vrijwillige nationale garde, die zonder wettelijke vergun ning te hebben verkregen, zijn bataljon zal verlaten, zal alleen door dit feit gedurende tien jaren verstoken zijn van het burgerrecht en van de eer bij de nationale garde of bij de linietroepen te dienen, hij zal bovendien, op vervolging van den procureur der gemeente, door alle gerechtelijke middelen veroordeeld worden tot terugbetaling aan de natie van al de voorschottendie zij gedaan zal hebben voor zijne kleeding en uitrusting." IJdele strafbepaling! Wat tegenstelling met de strengheid van de wettenwaaraan de linietroepen onderworpen waren Wat slecht voorbeeld voot deze laatsten Die linietroepenjegens welke de omwentelingsgezindeu zoo veel wantrouwen toonden, overal riep men er om, allerwege vroeg men er om, de generaals voor de legers, de directoires voor de de partementen. Inderdaad, zij alleen waren in staat de openbare ïust te handhaven; de vrijwilligers waren daartoe onmachtig, zoo zij zeiven haar niet verstoorden. De klachten over gewelddadige aanhoudingen en buitensporigheden, door de vrijwilligers begaanwaren algemeen. "Wacht niet schreef het directoire van de Somme «op de uitbarsting van ons platteland tegen deze rooversdie men niet beter kan opsluiten dan in eene vesting aan de grenzen om hen te onderrichten in hun vak en in gehoorzaamheid aan de wetten." In Oise en Aisne verzetten zich de tot oproer gekomen boeren tegen den vrijen handel en het vrije vervoer van meel en granen; in plaats van den oproerlingen tegenstand te biedenmaakten drie

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1871 | | pagina 566