602 gebergte uit, dat bekend is onder den naam van Centraal-gebergte. In Klein-Ceram of Hoeamohel is de hoogte van dit gebergte gering, in het Kaibobosche of Midden-Ceram wordt het steeds hooger en be reikt dikwerf een 5000 tal voeten, en stijgt ten slotte in Oost-Ce- ram of Wahaai Jtot naar gissing 10,000 voet. Op vele plaatsen strekt zich dit gebergte tot de kusten uit; op andere gaat het daarentegen langzamerhand in laag land over; dit laatste is o. a. het geval ten N. O. van de Elpapoetiebaai en in het Z. O. gedeelte van het eiland. Het terrein is langs de kusten over het algemeen weinig moerassig. Van het bovenbedoelde Centraal- gebergte vloeien eene ontelbare menigte beken naar de Noord- en Zuidkust, die meerendeels niet bevaarbaar zijn. De Itoeatan, die van uit Wahaai naar de Elpapoetie-baai stroomt, en over eene vrij groote uitgestrektheid eene diepte heeft van 5 voeten, maakt daarop eene uitzondering. Aan -de kusten worden vele sagobosschen en kajoepoetie-boomen gevonden. De binnenlanden zijn rijk aan verschillende houtsoorten, waaronder het zoo zeer gewilde ijzerhout. De zoogenaamde paggerkoffie groeit welig aan het strand; ver der wordt- daar ook tabak, suikerriet, rijst op drooge velden en aard vruchten aangetroffen. Die vruchtbaarheid van het kustland is wel waarschijnlijk oorzaak geweest dat menin de veronderstelling ook het binnenland even vruchtbaar was, ten onrechte vermeende, dat Ceram voor groote ont wikkeling vatbaar zou zijn en zoodoende misschien mettertijd nog eene rijke bron van inkomsten kon worden; hetgeen, met het oog op de steeds verminderende waarde der Specerij eilanden, zeker van groote waarde voor 'slands financiën zou geweest zijn. Wanneer zij, die zoo oordeelden, echter evenveel kennis hadden bezeten van het bin nenland als wij thans hebbeneene kennis, grootendeels verkregen bij de hier te behandelen expeditie dan zouden zij, wetende dat de vruchtbaarheid van het strand in geene verhouding staat tot die van het binnenland, zeer zeker nimmer zulke grootsche denkbeelden gekoesterd hebben van Ceram's toekomst. Varkens, herten en papegaaien zijn de voornaamste dieren van het eiland en worden allerwegen in overgroote menigte aangetroffen. De bekendheid met het delfstoflenrijk laat nog veel te wenschen over. Volgens mededeelingen der bevolking, moeten hier en daar aardolie, tin en steenkolen g evonden worden. De bevolking van he t geheele eiland wordt op ongeveer 100.000 zielen

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1871 | | pagina 609