54 Slokkan geheeten. Daendels had het reeds in den loop van de maand Mei 1810 doen opnemen en in kaart brengen, doch aangezien hij voor deze wegens het ontoegankelijke terrein hoogst moeielijke op name slechts drie dagen tijds had toegestaan, was het plan, dat hem na vijf dagen ter hand gesteld werd, zeer onnauwkeurig en onvol ledig. Evenwel nam Daendels er genoegen mede en wees alsnu met den vinger op dat plan de plaats aan voor acht redouten, waarvan de oprichting bij besluit van 29 Mei 1810 gelast werd, en welke ieder met acht stukken geschut gewapend, en door 200 man infanterie bezet zouden worden. Deze redoutes, waarvan slechts zeven, op de bijgevoegde schets door de nummers 1 t/in 7 aangegeven, daarge- steld werden, waren vierkante veldwerken, waarvan de borstweringen, met uitzondering van de hoeken, alleen voor infanterie-bauketten ingericht werden en eene kruinsbreedte van 1.00 m. (3 voet) be kwamen. Op de hoeken, alwaar het geschut geplaatst zou worden en de borstwering als parapet (zijwering) zoude moeten dienen, be paalde Daendels de kruinsbreedte aanvankelijk op 2.00 m. (6 a 7 voet)welke breedte hij voldoende achtte tegen de uitwerking der 6- en 12fgers, het zwaarste geschut dat de v-ijand naar zijn oordeel daartegen aan zou voeren. Later, op het betoog van den majoor der genie Schultze, dat, om het beoogde doel te bereiken, minstens eene borstweringsdikte van 9 a 10 voet noodig was, stelde hij deze vast, op bijna 3.00 m. (9 voet). De kosten der daarstellirïg van de acht redoutes warenzonder kanonbeddingen en andere acheveerings-werkzaamheden, door den lui tenant-kolonel van de Poel zeer globaal geraamd op 10,387 rijks daalders (papieren geld). Bij het reeds genoemd besluit stelde Daendels deze som beschikbaar en bepaalde tevens, dat de redouten binnen 4 of 5 weken voltooid moesten zijn, en dat men volstrekt geene sirietuinen of vruchtboomen zou mogen opruimen, dan voor zoover het emplacement der redouten zulks zou vorderen. Deze laatste bepaling, welke vermijding van onnoodige uitgaven ten doel had, belemmerde echter het traceeren der redoutes, en verhinderde tevens eene goede beoordeeling der voor- en nadeelen van het ter rein, welke toch zeer noodig was, om de meest geschikte plaatsen voor de werken uit te kiezen. Zij werkte te nadeeliger, omdat ook het planwaarop Daendels de plaatsing der redoutes aangegeven had, al niet heel juist was. Inmiddels had Daendels den 2Ssten Mei 1810 een besluit uitge vaardigd, waarbij bepaald werd, dat, wanneer Batavia door hem, of

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1871 | | pagina 61