641 En wat is nu, zoo hooren wij in onze gedachte enkele tegenstan ders van expeditiën uitroepenwel het resultaatdat ten koste van zooveel menschenoffers is bereikt? Zou het niet beter geweest zijn, er eenige kundige ambtenaren heen te zenden, met opdracht, de hoofden aan het verstand te brengendat men verkeerd was ingelicht omtrent de bedoelingen van het gouvernement Wanneer zijdie zoo sprekenslechts een flauw denkbeeld hadden van de Indische krijgsgeschiedenis, dan zou het voldoende zijn, hen te wijzen op de krijgsgebeurtenissen van den laterentijd. Zij zouden daaruit dan kunnen leeren, dat elk degelijk verzet, dat niet onmiddellijk door de bajonetten werd onderdrukt, slechts tot bloediger of, wat voor hen meer gewicht in de schaal legt, kostbaarder expeditiën heeft geleid- De gelden, die tegenwoordig door Nederland besteed worden aan het onderhoud van het leger aldaarmogen verkwisting schijnen in het óog van kortzichtige burgers, die slechts het dadelijk belang,dei- schatkist en niet het algemeen belang des lands op het oog hebben, maar met de gelden, die benoodigd zijn voor het onder houd van een leger hier te landezal datgelooven wijvoorloopig nog wel niet geval zijn. En toch hoort men niet alleen in Nederland, maar ook in Indië dikwerf klachten rijzen over de uitgaven voor het leger. In onze gedachte vergelijken wij hen, die hier te lande zoo spreken, met de bovenbedoelde kortzichtigen. Ook zij toch hebben slechts een beperkt belang op het oog en beschouwen alleen, welke groote doelmatige verbeteringen er wel niet in den een of anderen tak van dienst zouden kunnen worden aange bracht, wanneer diezelfde gelden eens niet voor het leger waren besteed. Maar, en die vraag stellen wij zoowel hen, ais de bovenbedoelde bekrompen egoïstenhebben zij het spelen van kinderen wel eens aandachtig gadegeslagen? Zoo ja, dan zullen zij daaruit gezien hebben, dat ook onder hen de wil van een enkele hunner domi neert. Dat verschijnsel laat zich alleen verklaren doordien die eene een zedelijk overwicht heeft op zijne speelmakkers. Dat zedelijk overwicht heeft hij niet verkregen door eiken dag met zijne makkers te vechten, maar web, omdat zij weten, dat hij desverkiezende elk oogenblik in staat ishun hoofd voor hoofd door zijne physieke krachten tot de opvolging van zijn wil te dwingen. Hetzelfde verschijnsel doet zich, natuurlijk op veel grooter schaal, in Nederland tegenover de andere Europeesche staten en ook hier te lande tegenover de inlandsche bevolking voor.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1871 | | pagina 648