houdt de bemoeienis van den legerkommandant met het militair
tijdschrift ten eenemnale op.
Hoewel het aantal inteekenaren de uitgevers in de gelegenheid
stelde, veel meer te geven dan waartoe zij zich aanvankelijk hadden
verbonden, blijft het niettemin eene grief van de redactie en wellicht
ook van vele lezers, dat het tijdschrift te weinig lectuur aanbiedt;
was het uitgebreider, dan zou het meer afwisselend, en rijker van
inhoud kunnen zijn. Die grief kan voorloopig, door de daaraan
verbonden geldelijke gevolgen, niet opgeheven worden, hoezeer wij
dat ook zouden wenschen. Zij kan slechts weggenomen worden
door of den inteekeningsprijs te verhoogenof door vermeerdering
van abonnementen.
Tot het eerste middel kan, meenen wij, moeilijk worden overgaan
slechts het andere blijft dus over. Het is niet het geldelijk belang
van de uitgevers, en nog minder dat van de redactie, maar uitslui
tend het belang, dat er voor het leger in gelegen zal zijn om eens
een in alle opzichten deugdelijk tijdschrift te kunnen bezitten, wat
ons hierop doet wijzen. De omvang van dit maandwerk hangt alléén
van het aantal inteekenaren af; er zal stof ter behandeling te over
zijn. al wordt die omvang ook verdubbeld. Terwijl wij aldus den
wensch uiten, dat nog velen zich in hel belang van het leger op de
lijst der inteekenaren zullen doen plaatsen, bieden wij ten slotte
onzen dank aan allen die, door hunne moreele en materiëelé onder
steuning, het aanvankelijk welslagen onzer pogingen mogelijk maakten,
wij hopen en vertrouwen, dat die hulp ons ook in den vervolge niet
zal ontbreken, maar steeds ruimer en ruimer zal worden.
E. B. KI EEST RA
2