179 dat hij in datzelfde opstel, door zijne daarbij uitgesproken insinuation tegen de laatste kommaudanten vanen de officieren bij het Indische leger, zelf, op schrikbarende en zeldzaam geëvenaarde wijze, nood wendig het vertrouwen van den minderen militair van dat leger op zijne officierenvan de lagere officieren op de hoogere chefsen van allen op den Legerkoïnmandant moet ondermijnen Hij ziet voorbijdat zijne handeling ten deze ten eenenmale in strijd is met zijne in 1859 gegeven wijze lessen Hij toont over tuigend aan, wel den splinter in het oog van anderen, maar niet den balk in zijne eigene oogen te zienzelf al zeer weinig zorg te hebben voor de eer van zijne voormalige wapenbroeders en onder geschiktenvoor de eer, voor den goeden naam van de officieren van het Indische leger! Gelukkig achten wij ons in staat, door feiten te bewijzen, dat de insinüatiën en beschuldigingen, door den Generaal van Swieten met kwistige hand den officieren van het Indische leger naar het hoofd geslingerd, zijn onwaar; dat, integendeel van dien, wellicht geen tijdperk is aan te wijzenwaarin zooveel is gedaan voor de lichamelijke, stoffelijke, zedelijke, intellectuëele en militaire ont wikkeling en verbetering van de soldaten bij het Indische leger, als juist in de laatste jarendat. ook thans nog voortdurend met den meesten ijver in dien zin wordt gewerkten dat de gunstige resul taten van een en ander zich reeds nu op verrassende wijze hebben doen kennen. Wij kunnen dat bewijs niet beter en gemakkelijker leveren, dan door, wat de daartoe genomen en in werking gebrachte maatregelen betreft, te wijzen op de Algemeene orders, voor het Indische leger uitgevaardigd in de laatste jaren, en meer bepaald van 18f>9 tot heden en, wat de door die maatregelen erlangde gunstige resultaten aangaat, op de in het oog vallende geringe ziekte- en sterfte-cijfers over de jaren 1870 en 1871, zoowel onder de kuropeesche als onder de Inlandsche militairen, bij het gedurende die jaren immer ruun op compleet Indische leger.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1872 | | pagina 186