201 werd in geregelden gang naar Panka Djene terug gemarcheerd. Hoe vermoeid vooral de kavalleristen en hunne paarden waren, toen onze troepen tegen 3 uur te Panka Djene waren aangekomenbehoeft geene omschrijving. De Gouverneur besloot nu, de kavallerie en de gedebarkeerde mariniers en matrozen Panka Djene te doen verlaten. De kavallerie keerde daarom over Maros naar Makasser terug, terwijl de mariniers en matrozen met den stoomer, die hen gebracht had, insgelijks naar laatstgenoemde plaats teruggevoerd werden. Tegelijkertijd noodigde de heer Bakkers den stationskommandant en den militairen kommandant van Celebes en Onderhoorigheden bij spoedbrief uit, met den meesten spoed alle beschikbare troepen naar Panka Djene te doen opkomen, dewijl er gevreesd werd, dat die plaats door de opstandelingen afgeloopen zoude worden. Den 21sten Juli om halftien 's avonds, werd te Makasser dit bericht ontvan genen om twaalf uur 's nachts begaf zich de majoor H. L. Veen- huijzenmilitaire kommandaut van Celebes en Onderhoorigheden reeds op marsch met eene uit infanterie en artillerie samengestelde kolonne, geheel voorzien van vivres, munitie en ambulance, terwijl op datzelfde uur drie stoomschepen, aan boord waarvan zich 100 Europesche militairen, tot de kolonne der landmacht behoorende, bevonden, de reede van Makasser verlieten, insgelijks met bestem ming naar Panka Djene. Den 22sten 's ochtends kwam de Gouverneur van Celebes de kolonne dicht bij Maros te gemoet rijden; te Maros was de kavallerie reeds aangekomen. De controleur van Panka Djene, de Eooze, was op zijne standplaats zonder eenige militaire hulp gebleven. Deze zond den Gouverneur berichten omtrent den stand van zaken aldaar. Die berichten waren nog al bevredigend, zoodat de heer Bakkers den militairen kommandant verzocht te Maros over te blijven tot den volgenden ochtend tenzij de om standigheden zulks anders noodig zouden maken en alsdan den tocht naar Panka Djene te vervolgen. De berichten bleven dien dag en den daarop volgen den nacht geruststellend, zoodat dan ook om 4 uur 's ochtends van den 23sten de kolonne van Maros verder marcheerde en tegen 11 uur te Panka Djene arriveerde, alwaar de per stoomer overgebrachte 100 Europeanen en eene landingsdivisie der marine reeds gedebarkeerd waren. Den 24ste", 's ochtends om half zes, rukte de uit land-en zeemacht samengestelde kolonne onder de bevelen van den majoor Veenhuijzen op naar de kampongs, die zich den 21sten te voren vijandig getoond

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1872 | | pagina 208