212 eensklaps en zoo hevig weer begonnen vuur ontstaan; van Lith van Goens en de het dichst bij hen zijnden hielden echter stand, en het bedaarde vuur der onzen bracht spoedig den overmoedigen vijand tot het begrip, dat iets anders als vrees tot den terugtocht had doen besluiten. In dat eerste oogenblik hield de Kommandant der kolonne, die zich insgelijks nagenoeg vooraan aan 's vijands zijde bevondde ont hutsten tegen, en versterkte met hen de den vijand het naast bij zijnden. 's Vijands vuur werd al spoedig flauwer, en onze terugtocht kon al spoedig worden vervolgd, zonder dat er gedurende de afdaling meer dan nu en dan van ter zijde eenige schoten op de onzer gelost werden, die van tijd tot tijd met een enkel schot werden beantwoord. Die terugtocht was evenwel toch zeer bezwarend. Onze kolonne had zestien geblesseerden bekomen, waarvan velen zelfs gevaarlijk; die geblesseerden moesten gedragen wordendoch van de koelies waren er elf geblesseerden deze elf geblesseerden waren door andere koelies naar achteren gebracht geworden. Onder het vuur hadden zich de overige koelies zoo ongemerkt mogelijk naar achteren ver wijderd zoodat, toen wij terugmarcheerdengekwetsten en munitie door officiëren en soldatendoor matrozen en mariniers gedragen moesten worden. Wie eenigszins kon droeg mede, de Kommandant en zijn officieren gaven daartoe het .voorbeelden vonden ook trouwe navolging. Na ruim vijf kwartier afdalens had de kolonne den voet van het gebergte bereikt. Op een derde van beneden af kwam de brave controleur Koks met de hulptroepen van Segerie de kolonne te gemoet, en werden door hem dragers verstrekt. Menigeen kreeg van die menschen een teug waterwaaraan zoo onuitsprekelijke behoefte bestond. Wie van de hulptroepen niet mee hielp dragen, bleef het pad bezetten, om te zien of er verder nog hulp konde worden verleend. Een half uur nadat de kolonne beneden was gekomen, waren Koks en zijne hulptroepen dat gebergte ook afgedaalden hadden zij zich in de vlakte verzameld. Een paar honderd passen van den voet van het gebergte was water, waarop bijna allen, die nog gaan konden, aanvielen. Hoe afgemat de Kommandant zelf ook was, zocht hij al spoedig eene geschikte plaats voor zijne troepen om te overnachten. Hij koos daartoe de plaats uit, waar's ochtends de tirailleurlinie zich het eerst had opgelost. Hier werd door zee- en landmacht een carré ge-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1872 | | pagina 219