226
houden in het bivak aan. Drie dagen later werd Tramburg, die
getoond had voor zijne taak berekend te zijn, weder te gemoet ge
zonden aan een verwacht wordend convooi, dewijl, uit gebrek aan
koelies, niet alle vivres geëxpedieerd waren kunnen worden. Door
het laat opkomen der dragers kwam dit convooi later dan men vei-
wacht had. Tusschen Passer Boelecomba en Todo Séro werd dit
door 20 man. geëscorteerde convooi door 80 gewapenden geatta
queerd. Door de goede maatregelen van den kommandant, sergeant
van Sonen zijn onderhebbenden sergeant Lucher bereikte het con
vooi behoorlijk Tramburg en zijn detachement, en werd Tondong
Koera veilig bereikt.
Den 27sten October ontving men het bericht, dat Passer Boele
comba door ruim 100 gewapende vijanden bezet was. Tramburg
werd met 75 bajonetten naar hem afgezonden; met de noodige
behoedzaamheid naderde hij tegen den donker deze plaats, verrastte
de oproerlingen, en kwam met hen in gevecht. Op het ontvangen
rapport kwam kapitein van Leersum zijnen luitenant te hulp, doch,
dewijl de hoofdtroep zich nu te Panka Djene bevonden had, dus
van 'die zijdevan Leersum kwam in den vroegen ochtend den berg
van Siloro over, en vond die passage reeds hier en daar geheel of
gedeeltelijk door palisadeeringen en randjoes versperd.
Gezamentlijk verjoegen zij nu den reeds eenige honderde man
sterken vijand.
Het verzoek van van Leersum, om de grenzen van Lamoeroe over
te trekken ten einde den vijand verder te kunnen nazetten, moest
de militaire kommandant afslaan, dewijl de toestemming daartoe
nog niet van Batavia was ontvangen.
Zóó stonden nu de zakentoen eindelijk de lang gewenschte toe
stemming kwam om in Lamoeroe door te dringen, mits aan de
vormen met Boni eerst voldaan werd.
De Gouverneur, die zich-zelven naar Boni zoude begeven, besprak
vooraf met den militairen kommandant de noodige maatregelen. Van
den kant van Boni zouden de Bonieren, van Tanette de bewoners van
dit rijk, van Toeroekapaija de hulptroepen van Segerie, van Melawa
hulptroepen van Toeri Kali uit de nabijheid van Maros, en van de zijde
van Passer Boelecomba de mobile kolonne, door eene marinelandings-
divisie versterkt, en waarbij zich dan ook de hulptroepen van Tan-
ralili en Boengeroe voegen zouden, de vijandelijke positiën insluiten.
De aanval zou beginnen zoodra alle hulptroepen hunne plaatsen
ingenomen zouden hebben.