230
klommen. Hier was de kolonne in den rug gekomen van al de
voornaamste versterkingen, die aan de verschillende kanten den
toegang naar Saloe-Saloe moesten bemoeielijken. Al de versterkingen
waren verlaten. Op zeer doelmatige wijze waren ze aangelegd en
gemaakten mochten zeer sterk genoemd worden. Ze werden allen
vernield. Onder de daar genomen rust verzamelden de hulptroepen
van Gattarang, van Mandallé en Waraug, van Tanralili en Boengeroe
zich insgelijks op Menotnbong's top. Zoo op Mando als op Menom-
bong was de Gouverneur de kolonne steeds bijgeblevenen had
alle gevaren en vermoeienissen met haar gedeeld. Hier vernam men
dat de flinke controleur Koks, die naar de zijde van Tanette de
vijandelijke positiën met de onder zijne orders gestelde hulptroepen
van Mandallé en Warang had ingesloten, den 16dcn en 17den met den
vijand aan die zijde was slaags geweest en hem eenige versterkingen
had ontnomen.
Vóór dat het verhaal van den marsch nu wordt vervolgd, moe
ten de namen genoemd worden van den luitenant der artillerie
Schenck en den constabel Hermande kanonniers Philips en Rijnders,
als ook den met de artillerie der 2e kolonne belasten luitenant-ter
zee Jhr. de Jong van Beek en Donk, die allen door hunne be
daardheid en koelbloedigheid, door juist richten en goed werpen de
bestorming van Mando's versterking den sleutel tot Meuombongs
'sterke positiën voorbereiddenondersteunden en verzekerden.
Na de versterkingen op Menombong's top vernield en daar wat
uitgerust te hebben, liet de majoor Veenhuijzen verder marcheeren
naar Saloe-Saloe, tusschen twee steile, hooge bergtoppen in gelegen.
Hier stonden de zoogenaamde ornamentshuizen van Bouto-Bio,
Gattarang en Bontang, allen gevuld met padie en djagong, en vlak
daarbij kleine loodsen vol zout. Deze plek was zóó moeielijk van
alle zijden te genaken, dat de bevolking hare vrouwen en kin
deren bij een ophanden zijnden opstand eerst daarheen voerde, om
daar veilig den loop der verdere gebeurtenissen af te wachten. Het
spreekt van zelf, dat, nu deze streek het terrein was, waarop ge
streden zou worden, hier wel strijdbare mannen, doch geene vrou
wen en kinderen zich opgehouden hadden. Saloe-Saloe was bij
de komst der mobile kolonne verlaten. Bij den opmarsch naar Me-
nombong had men lange rijen strijders den weg naar Bontang zien
aftrekkeniets wat door den grooten afstand en het bergachtig land
niet verhinderd konde worden.
Op een der twee toppenwaar Saloe-Saloe tusschen ligtstond