288 van het terrein waarop men ageert, wit papier, en kaartenpapier dit laatste alles in eenen blikken koker; en den mondvoorraad, be staande in azijn, zout, gedroogd brood of beschuit, gedroogde ton gen, dingding, tempé, en een of twee doosjes goede lucifers. Ter zijde der zakken plaatst men eene marmiet of keteltje van geslagen ijzer waarin gemalen koffie, een grasmes en handbijl. Het is raadzaam het ledergoed voor het op expeditie gaan te ver nieuwen, althans de gespen en die deelen, welke het meest te lijden hebben. Tot de zorgvereischende equipementstukken behooren de voorriem van den sabelkoppelden stormband van het hoofdtooisel en de stroppen, die vooral niet anders dan door knoopen met plaatjes aan de broek mogen bevestigd worden. Maart 1872. Hen havallerie-ojjlcier.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1872 | | pagina 295