Vervolgens gaat men over tot de détailbeschrijving, bij welke, naar mate van den graad der tactische waardede bijzonderheden meer of minder breedvoerig worden behandeld. Eindelijk volgt de beoordeeliug der tactische waarde van het geheele terreingedeelte. De onderwijzer zal daarbij door eene veronderstelde militaire han deling het standpunt aangevenwaaruit deze waarde moet worden beoordeeld. Ad 3. Oplossing van tactische veronderstellingen. Aangezien deze oefeningen den hoogsten graad van vorming uit maken in het verkennen van terrein voor militaire doeleinden, moet men daarbij te werk gaan geheel op overeenkomstige wijze, als zulks in de werkelijkheid plaats heeft. De middelen, die ons dan ten dienste staan, zijn: het uitzenden van patrouilles, welke bij de oefeningen door eenigen van heu, die onderricht ontvangenvertegenwoordigd wordenen eigen onderzoek, voor zoover dit tegenover den vijand mogelijk is; terwijl daarbij ook detailkaarten kunnen gebezigd worden. Het onderwerp van zulk eene veronderstelling zal wel hoofdzakelijk de eene of andere gevechtstelling zijn; doch ook op het gebied van den veiligheidsdienst en van bijzondere ondernemingen, als: requi- sitiënhinderlagen en overvalüngen zullen verscheidene, geschikte veronderstellingen gekozen kunnen worden. Op grond van kaartenplannen of voldoende locale kennis kan men het terrein, waarop de veronderstelde handeling plaats moet vindenvooraf bepalen. Hijdie de oefening leidtgeeft de veronderstelling op. Wordt een gevecht verondersteld, dan zal een der leerlingen de rol van verdediger, een ander die van aanvaller worden aangewezen, en aan ieder hunner eenige der overige élèves worden toegevoegd. Beide partijen handelen naarmate van de opdracht, doch zoodanig, alsof zij werkelijk de bevelhebbers der troepen waren, over welke volgens de veronderstelling respectievelijk door hen kan wor den beschikt. Hun wordt derhalve volle bevoegdheid gelaten tot het nemen der maatregelen, welke het gevecht voorafgaan, bijvoor beeld tot het doen van detacheeringendaar het zich kan voordoen, dat een deel der troepen hier wederom door een of meer leerlin gen vertegenwoordigd langs omwegen op de plaats der handeling zal moeten verschijnen. Is nu de veronderstelling op het terrein zoover uitgevoerddat 306

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1872 | | pagina 313