307 aanvaller en verdediger, met inachtneming van eenen geleidelijken overgang uit de oorspronkelijke stelling bij voorbeeld de kolonne- formatie de gevechtstelling hebben aangenomenen is de ver kenning door de patrouilles of door den bevelhebber-zelven afge- loopen, zoo moeten verdere handelingen worden gestaakt. De leer lingen verzamelen zich daarna bij den onderwijzeren zijdie als kommandanten gefungeerd hebbenmotiveeren de door hen genomen schikkingenwelke vervolgens worden besproken. Een andermaal kan slechts het bezetten van, of de aanval op eene stelling het te behandelen onderwerp uitmakensteeds zal daarbij gehandeld worden geheel op overeenkomstige wijze als zulks in de werkelijkheid mogelijk zou zijn. Heeft de officier of onderofficier de vorenbedoelde oefeningen met lust en ijver en dan ook ongetwijfeld met vrucht bijgewoond, zoo mag hij gerekeud worden volkomen geschikt te zijnom een terrein te beoordeelen en daarvan met goeden uitslag partij te trekken. Hij kan dan met het volste vertrouwen belast worden met het bevel over de moeielijkste posten of met de leiding van eene onder geschikte troepenmacht; de handen zullen hem, ook bij bijzondere terreintoestandenniet verkeerd staanhij zal zich spoedig onder alle omstandigheden weten te recht te brengen en zijne volle aan dacht kunnen schenken aan de troependiezoowel bij vredesoefe- ningen als in oorlogstijd onder zijne bevelen worden gesteld. Deze oefeningen kunnen voor officieren en ouderofficieren, hetzij ge meenschappelijk, hetzij in seriën gesplitst, ouder de leiding van den onderwijzer plaats hebben. Ad 4. Oefeningen van sommige der meest ontwikkelde officieren in terreinverkenningen, bij welke rapport en croquis moeten worden overgelegd. Hoewel het meestal tot den werkkring der officieren van den staf behoort, terreinverkenningen op groote schaal, met rapport en croquisj te verrichtenzoo zal die taakzelfs al kan een leger zich in het bezit van een degelijken generalen staf verheugen, toch menigmaal aan een niet tot dat lichaam behoorend officier moeten worden opgedragen. Het is dus wenschelijk, en vooral onder de gegeven omstandig heden in Indië noodzakelijk, dat zich bij elk bataillon een paar officieren bevindenaan wie zulk eene verkenning met vertrouwen kan worden opgedragen. In den omtrek der meeste garnizoenen bestaat uitstekend goede gelegenheidom die verkenningen op groote schaal te doen uitvoeren

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1872 | | pagina 314