Anderen doen wijders, de terugstelling in den strengeren straf- cursus nog vergezeld gaan van straf, dit is o. i. niet in den geest der bepaling, vervat in de alg. ord. van 1859 No. 33, deze zegt wel is waar, alléén: //dat de straf van rietslagen niet gelijktijdig zal mogen worden opgelegd bij terugstelling uit den proeftijd in de klasse van strengere krijgstucht" en zou men hieruit des noods de gevolgtrekking kunnen afleiden dat het dus niet verboden is, om, bij bedoelde terugstelling, eene andere straf dan die van riet slagen op te leggen, doch dit wordt ook niet voorgeschreven en vermeeneu we daarom, dat onze opvatting: uniet te straffen, bij terugstelling in den strengeren straf-cursus" de juiste is; daaren boven dans le doute abstiens- toi 't Zou in een opzicht gelijk staan met een onder-officier of korporaal, die b. v. wegens dronkenschap werd gedegradeerd, nog bovendien eenige dagen provoost te geven, de plaatsing toch in de 2lJe kl. wordt aangemerkt als te zijn//eene] werkelijke degradatei.^ (Alg. order van 1839 No. 2 21 en van 1861 No. 19). Bij plaatsing in de 2^ kl. wilden vroeger eenige korps-chefs ook eene andere straf toepassen, omdat de alg. ord. van 1859 No. 33 dienaangaande weder alleen verbood»de gelijktijdige afstraffing met rietslagen"zonder van andere straffen te sprekenware er nu slechts in die alg. ord. bijgevoegd//of eenige andere straf", dan zou elkeen hieromtrent volledig ingelicht zijn geweest. Andere korps-kommandanten hielden zich aan de letter der alg. order en legden den man bij plaatsing in de 2de kl. dus geene andere straf op, ze beschouwden zulks als te zijn eene dubbele straf. Eerst in het einde van het vorige jaar is door den tegenwoor- digen leger-bevelhebber, gelijk we reeds aanstipten, bij alg. order No. 124 een einde gemaakt aan het verschil in opvatting, wat be treft de zoo even bedoelde plaatsing; de leger-kommandant is niet van meeningdat het opleggen van straf en de onmiddellijke plaat sing daarna in de 2^e klasse eene dubbele straf zoude zijnver mits het onderwerpen der manschappen aan de strengere tucht niet anders beschouwd kan worden, dan als een middel om hen, die voor de gewone straffen ongevoelig zijn, weder tot hunnen plicht te brengen, en heelt daarom bepaald, dat voortaan eerst de overtreding behoort te worden bestraft, welke den man in de termen doet val len om in de 2Je kl. van mil. disc, te worden geplaatst, om daar na dadelijk tot die plaatsing over te gaan. S 42

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1872 | | pagina 349