Voor den nog niet geheel verharden soldaatbezit het woord
Klatten nog iets huiveringwekkends, aan dien naam verbindt hij
onwillekeurig dien van'/Rotting" en hiervoor heeft hij toch steeds
eenig respect!
Hoe komt het toch, dat in deze zoo gewichtige aangelegenheid
de opvattingen en toepassingen zoo zeer uiteenloopen
Het antwoord op deze vraag ligt voor de hand.
Die verschillende opvattingen zijn de natuurlijke, onvermijdelijke
gevolgen van niet wettelijk voorgeschreven bepalingendie door
ons, als administratieve overheden, omdat ze van het legerbestuur
uitgaan, toch moeten worden opgevolgdze mogen en moeten ech
terdit herhalen wij nimmer in aanmerking komen zoodra wij als
rechters optredendan moet en mag de wet alleen onze gids zijn
nu wettelijke voorschriften ontbreken, en het groot aantal Alg. ord.
en circulaires zelfs ons niet genoegzaam voorlicht, moeten gezond
verstand en rechtvaardigheid beslissen
Toetsen wijtot staving van onze meening«dat de voorschiftem
betreflende plaatsing en terugstelling in de 2de klasse, en het op
proeftijd stellen, niet wettelijk zijn", die voorschriften eens aan de
bepalingen van het Regl. v. Krijgst.; nemen wij hiervoor het voorge-
schrevene door den generaal-majoor van der Wijk bij circ. dd. 15
Februari 1848 No. 1.
Sub. 1. Hier vonden we al aanstonds, vaststelling van termijnen,
waarvan het Regl. van Kr. niets spreekt, daarom ligt er ook iets
«onbepaalds" in opgesloten, de woordjes: «ten minste" duiden zulks
voldoende aan.
Sub. 2. Bevat eene dubbele straf en is geheel in strijd met art. 31 R.
v. K., dat artikel zegt niets van consignement of van extracorveën.
Sub. 3 en 4. Spreken van proeftijd, het R. v. K. zegt hiervan
geen woord.
Sub. 5. Handelt over: //het op nieuw in proeftijd stellen," ook
hierover zwijgt het R. v. K.alsmede over terugplaatsing in den
strengeren straf-cursus.
We zien dus, dat er veel afwijkingen bestaan en dat wettelijke
bepalingen zeer noodig zijnnu raakt men als 't ware verward in die
massa voorschriften, welke reeds dagteekenen van vóór het jaar 1837.
(Zie alg. ord. No. 4 2 van genoemd jaar, vervolledigd door de
a. o. v. 1841 No. 4 6 en rescript van het milit. dep4, dd. 25
October 1858 No. 35.)
346
