348 overschrijding, de man in de 2de kl. moest geplaatst worden, met gelijktijdige afstraffing door rietslagendeze alg. ord. is echter in getrokken bij die van 1870 No. 127 en nu moet, bij deze over treding, slechts tot richtsnoer strekken het algemeen beginsel, weg gelegd in de artikelen 53 en 54 van het Ille hoofdstuk van het Eegl. v. Kr. Deze wijziging vinden wij billijk en menschkundig! Tarieven bevatten zelfs iets betreffende de 2dc kl. v. mil. disc.; zoo zegt o. a. tarief No. 23: dat gereëngageerde kanonniers, in de 2de kl. v. mil. disc, geplaatst, het recht verliezen tot het dragen van een" sabelkwast, hun toegestaan bij alg. ord. v. 1835 No. 1614. De alg. ord. van 1855 No. 7 ontnam hun dat recht weder. Eene wijze maatregel is die, vervat in de alg. ord. v. 1855 No. 21, art. 3, namelijk: //dat zij, die in de 2de kl. v. mil. disc, zijn geplaatst geweest, niet mogen worden toegelaten tot het examen voor den rang van 2de luitenant." Aan de bevordering van onder-officieren tot magazijnmeester 3de kl. (2de luitenant) bij artillerie en genie is dezelfde voorwaarde ver bonden. Eene even goede bepaling vinden we die, voorgeschreven bij cir culaire van het Mil. dept. dd. 22 October 1860 No. 13, d. i. //Militairen, die zich in de 2de kl. v. mil. disc, bevinden, of voor eene plaatsing daarvoor rijp zijnmogen niet gereëngageerd worden. Hieromtrent moet echter de beslissing van het Mil. dept. gevraagd worden." Eene goede bepaling bevat voorts de alg. ord. v. 1867 No. 35 12, te weten: //Zij, wier diensttijd geëxpireerd is, mogen niet meer in dien straf- cursus worden geplaatst; na dien tijd kan er slechts sprake zijn van onthouding van het certificaat van goed gedrag, indien dit primitief is toegestaan. De vele alg. orders zijn echter niet eens voldoende om ons vol komen op de hoogte te stellen van alle huishoudelijke bepalingen; circulaires en missives van het Mil. dept. en den hoofd-intendant der militaire administratie moeten ook nog geraadpleegd worden. Zoo werd o. a. bij circ. van het Mil. dept. van 9 Januarij 1856 No. 9 voorgeschreven: //dat gedetineerde militairendie zich, tijdens hunne veroordeeliug,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1872 | | pagina 355