352
meenin^, dat het, in de onderhavige kwestie, vooral in den eersten
tijd, ongetwijfeld zal voorkomen, dat iemand van het bedienings
personeel te dikwerf zwaar gestraft wordt, alvorens tot ontslag bij
dien dienst te worden voorgedragen, dit ligt in den aard der zaak,
de officier van gezondheid is, in den regel, niet au fait van de be
staande bepalingen, straffen betreffende, en zal en kan 't dus zoo
naauw niet nemen als bij de korpsen, daarenboven wordt een han
dige oppasser of handlanger niet gaarne gemist!
Voor orde en discipline is zulks nogtans hoogst schadelijk. Eeuige
controle hierop uit te oefenen, achten we daarom doelmatig.
Veel hebben we reeds aangevoerd, tot staving onzer meening, dat
de plaatsing in de 2de klasse v. mil. disc., stoffe te over oplevert,
tot uiteenloopende opvattingen en toepassingen, en dat zulks voor
namelijk daaraan is toe te schrijven, dat de web hiervan als t ware
niets zegt.
Toch is het onderwerp nog niet uitgeput.
Zoo vragen wij b. v.:
//Met welk recht wordt den man, in de 2de klasse van mil. dis
cipline geplaatst en in 't genot van verhoogde soldij zijnde, die ver
hooging ingehouden
Die verhooging was toegestaan bij Gouvernementsbesluit van 14
Januari 1832 No. 3 (a. o. v. 1832 No. 1 1), en werd eensklaps,
voor de in de 2de klasse geplaatsten ingetrokken bij a. o. v. 1849
No. 8 11; even goed kan de tegenwoordige legerkommandant of
een zijner opvolgers bepalendat bedoelde militairen die verhooging
wel behouden.
De bepaling in kwestie, niet bij de wet voorgeschreven zijnde, gaf
natuurlijk weder aanleiding tot verschil in opvatting en uitlegging.
Sommigen wilden den man die verhooging voor goed onthouden,
en was er weder de a. o. v. 1856 No. 29 noodigom voor tc
schrijven
//dat de aanspraak op verhoogde soldij verloren ging, gedurende
de plaatsing in de 2de klasse."
Welke wijziging wij wenschelijk achten in de alg. ord. v. 1849
No. 8 11, hebben we reeds vroeger aangestipt.
Wij zien nu reeds drie straffen toepassen, bij plaatsing in de 24
klasse, namelijkcousignements-straf, corveën en korting van soldij;
straffen, waarvan het ït. v. K. met geen enkel woord rept!