Het antwoord, op de tweede vraag gegeven, is in algemeenen zin
geheel in den geest van de oprichters onzer vereeniging. Wel zullen
wij goed doen vooreerst onze eischen minder hoog te stellen, en
den lof of de blaam der wereld buiten spel te latenwant het moet
ons doel hier niet zijn, ons als meer of minder wetenschappelijk
te doen kennen, doch eenvoudig om, door gezamenlijke oefening,
onze wetenschap te vermeerderen.
De gebreken van den vroegeren officiers-cursus, door den schrijver
opgesomdzijn genoegzaam bekend en dikwijls besprokendoch ook
de tegenwoordig voorgeschreven wetenschappelijke vereenigingen vinden
bij hem weinig genade. Ook de daar geleverde verhandelingen,
wordt er gezegd, doen geen groot licht voor onze oogen opgaan
en ze verheffen zich in niets boven, en blijven voor het meerendeel
beneden, het gehalte der honderde werken over krijgskunde, die te
zamen nog niet eens ééne goede handleiding voor de beoefening
dier wetenschap uitmaken.
Schrijver wil dusdat men iets nieuwsiets andersiets beters
levere, dan al het tot nu toe bestaande.
Allemaal prullen, die honderde werken over krijgskunde. Zij zijn
voor hem nog niet goed genoeg om er een goede handleiding uit
samen te stellen.
Een handboek moet er vervaardigd worden, een geheel nieuw
handboek, waarin de militaire wetenschap categorisch behandeld wordt,
en dat men maar van buiten behoeft te kennen, om een bekwaam
krijgskundige te zijn.
Dat handboek is, zooals later blijkt, een stokpaardje. Ik zal dus
gelegenheid hebben om er op terug te komen. Zien wij daarom
eerst, wat er nog meer over de wetenschappelijke vereenigingen
gezegd wordt.
Op het voorafgegane verwijt, dat men niet knap genoeg is en geene
stukken levert, die beter zijn dan de verschillende bestaande krijgs
kundige werken, volgt het omgekeerde. Men wil te hoog vliegen.
Misschien is die laatste opmerking meer gegrond dan de eerste
doch hoe dit zij, al de onderwerpen, die de schrijver opnoemt,
zoowel die hij minder geschikt als die hij beter voor behandeling acht
komen mij voor, ook zonder hoog vliegenzeer goed binnen het bereik
eener wetenschappelijke vereeniging van officieren te liggenwanneer
men zich maar de moeite wil geven, het onderwerp te bestudeeren.
Wel zal dit voor sommigen nog al inspanning kosten en zal het
niet altijd even gemakkelijk zijnde bronnen voor de studie te
28