afkeuring verdienen bij hen. die erkennen, dat de oorlog op zich- zelven een ongeluk, maar een onvermijdelijk ongeluk is." Men behoeft zich slechts af te vragenwelk nadeel het den Prui sen zou toegebracht hebben, en hoedanig hunne gemeenschap met de operatiebasis gebrekkig en gevaarlijk zou zijn geweest, wanneer geen spoedige val van Straatsburg, Mezières, Thionville en Toul ware verkregen. De onschuldige slachtoffers van den krijg mogen het daarom den Pruisen tot geen verwijt maken, dat zij bombardeerden, maar rich ten veeleer hunne berispingen tot de hoofden van het Pransche krijgsbestuur, die aan de vestingen de gebrekkige inrichting gaven liever, die onder de gewijzigde omstandigheden der hedendaagsche krijgsvoering, eene inrichting lieten behouden waarbij een bom bardement mogelijk blijft Groote steden, de bronnen van welvaart van een land, de cen trums van industrie, zijn ook doorgaans strategische punten. Wil men die punten versterken en het bezit daarvan voor zich verzeke ren dan behoort de ingenieur de leer der permanente versterkings kunst zoodanig aan te wenden, dat een bombardement onmogelijk, althans in de eerste perioden der verdediging onmogelijk wordt. Dat wil zeggen steden moeten, behalve de hoofdomwalling, voorlig gende werken hebben, waarbij het bewerpen der stad ondoenlijkin ieder geval zeer beperkt wordt. Welke zijn die afstanden? Men zegt, maar het feit is nog niet voldoende gekonstateerddat getrokken belegeringsvuurmonden van groot kaliber, zooals de kanonnen van 24 e. m., hunne projectielen op 7000m.en meer hebben gebracht. De voorliggende werken moe ten dus zóó zijn, dat de vijand zijne eerste batterijen, op geen korte- ren dan gezegden afstand, van ;de hoofdomwalling der tegen bombarde ment te beveiligen stad kan aanleggen. De vijand zal dan den aan val op de voorliggende werken en forten moeten richten, en van het verdedigingsvermogen van deze zal het afhangen, of de stad zal vallen of behouden blijven. De fortificatorische oplossing van de quaestie is niet gemakkelijk, maar zij moet gevonden worden. Is zij niet te vinden, welnu, men versterke geene steden meer. Het bombardement van Parijs heeft weinig materié'ele schade toe gebracht, en door moreele werking het tijdstip der overgave geene minuut vervroegd. Trouwens was het aantal tot het op grooten afstand bewerpen der stad gebezigd geschut te gering. De hoofd stad met hare forten zou zich nog lang hebben kunnen verdedigen! 400

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1872 | | pagina 407