419 het, zoo noodig, ter juister tijd opgeven van onnutte plaatsen tijdens den oorlog is altijd eene moeielijke taak. Yan den anderen kant moet het gevaar van het teveel geen reden zijn om in het te weinig te vervallen. De //publieke opinie" is in vredestijd zeer geneigd, aan de behoeften van het oogenblik zaken op te offe ren, waarvan de waarde eerst in de toekomst moet blijken; zij ver kleint gaarne de volstrekte waarde van deze, wanneer zij haar voor het oogenblik in den weg staan, en maakt zich bedriegeiijke voor stellingen omtrent de gemakkelijkheid, ze, als de nood dwingt, te kunnen ontberen of vervangen. Tegenover dezen geest moet men 'streng volhouden dat het doel, dat men met de vestingen wil be reiken werkelijke behoeften van den staat betreft; wie oorlog voert, moet depots, verzamel- en étapeplaatsenverzekerde communicatiën enz. hebbende vraag kan alleen nog zijnof men in deze be paalde behoefte voordeeliger op andere wijze zoude kunnen voorzien dan door vestingen. Terwijl wij deze vraag beneden nader zullen behandelenmerken wij hier ten aanzien der vestingenwelke ons stelsel zullen uitma kennog op, dat voor deze de stelling geldt: dat de voorwaarden, waaronder de vestingen nuttig zijn, aan verandering onderhevig zijn. Kleine, bekrompen plaatsen, die geene belangrijke défilés of spoor wegen afsluiten of onderdeelen vormen van een goed doordacht stelsel bij belangrijke terreinhindernissen (stroomenmoerassen bergen), zijn voor de tegenwoordige oorlogvoering, waarbij alles op grooter schaal plaats vindt dan vroegerover 't algemeen zonder waardemiddelmatige en grootere plaatsendie wegens fortificatori- sche gebreken eene bovenmatig sterke vaste bezetting vorderenof welke slechts eene nauwe, aaneengeschakelde enceinte zonder voor gelegen, stormvrije, gedetacheerde werken bezitten, kunnen slechts van tveinig invloed op den oorlog zijn. Trots alle bomvrije kase- matten bieden zij in den regel noch dien graad van zekerheid aan voor de werken en het daarin aanwezige personeel en materieel, welken men in eene vesting verlangt, noch. die mogelijkheid voor het ge bruik in de verschillende opzichtenwelke de tegenwoordige stra tegie eischt. Het is daarbij nagenoeg hetzelfde, of in het nauwe pantser een stad aanwezig is of niet; de citadel van Antwerpen werd in 1832 door een onophoudelijk bombardement geteisterd en overwonnen, zonder eene stad te omsluiten; Königgnitz, dat bijna alleen vesting is, schonk na den slag van 3 Juli 1866 den Oosten rijkers geen terugtochtsweg, omdat men verzuimd had, buiten de

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1872 | | pagina 426