488 meuten of 10 escadrons, elk van 4 officieren en 100 ruiters. Ar tillerie: twaalf veldbatterijen, elk van 8 stukken en 125 man, 2 dito van 150 man, 4 rijdende batterijen van 150 man en 3 depot- kompagnieën. Totaal 2250 man en 150 vuurmonden. Speciale troe pen 1 bataljon pontonniers, ingenieurs en pionniers; sterkte dei Varfvade 6000 man. 2e De instelling van de Indelta biedt in de verte eenige over eenkomst aan met die van de Militaire grenzen in de Oostenrijkscn- Hongaarsche monarchie of van de ongeregelde kozakken in Ruslarri Zij heeft het voordeel op goedkoope wijs blijvende troepen en de gelijke soldaten te geven. De last van het onderhoud der soldaten van de Indelta komt geheel neder op de grondeigenaars. Volgens eene verordening van Karei XI is elke gemeente, iedere eigenaar, dit eenige inkomsten geniet, dienstplichtig. Deze plicht bestaat in het leveren, voor elke twee hemmans (de hemman is de oppervlakte gronds, noodig tot het onderhoud van een gezin), te zamen een Rote vormende, van een' infanterist of ruiter. De kustbewoners moeten een' matroos leveren. De door de llote als belasting opge brachte soldaat wordt door haar onderhouden en uitgerust. Zoodrs het regiment, waartoe de hemman behoort, hem als geschikt voor den dienst heeft erkend, wordt hij gedrild en gedwongen te dienen, zrn lang zijne krachten het gedoogen, zoodat men niet zelden vader en zoon in hetzelfde regiment ziet. Na zijne vorming, die bij de ruiterij zes maanden vereischt, bij het voetvolk slechts vier, keert de soldaat der Indelta naar zijne haardsteden terug, waar hij van de Rote, onafhanklijk van zijne soldij, een lap gronds of Torp ontvangt, die, met zorg bebouwd ruimschoots voorziet in zijne behoeften en die van zijn gezin. Een ïorp bestaat uit eene woning, eene plek gronds voor het zaaien van twee schepels koreneen weilandeen klein bosch en alle noo- dige landbouwgereedschap. Aanvankelijk kregen de soldaten der In delta onontgonnen grondenwat voor den staat een gemakkelijk en spaarzaam middel was om uitgestrekte vlaktendie tot dus verre niets opbrachtenin kuituur te brengen. De //opgezetenen" van de Rote moeten gedurende de zaai- en den oogsttijd den soldaat helpen. Als zijne opbrengst in graan ontoereikende is, moet men hem zekere hoeveelheid leveren. Zou men ook niet in Indië door de soldaten gronden kunnen doen ontginnen? 7 Fr.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1872 | | pagina 495