legers, alvorens hunne aanvallende bewegingen voort te zetten, aan de Marne-linie of daarachter meer dan 500,000 man moeten laten, en bijgevolg kan men aannemen, dat de vijand den oorlog niet naai Parijs of in het midden des lands zal kunnen overbrengen, tenzij ten minste ééne der twee groote vestingen Chalons of Chaumont in zijne macht is gevallen. Op deze twee punten zijne krachten saamgetrokken hebbende, zal hij geen spoorweg bezitten om hem in gemeenschap te stellen met zijne middelpunten van proviandeering, vóórdat althans ééne der vestingen genomen isen daar men gerust op den tegenstand van ruim eene maand voor deze sterkten kan rekenen, volgt er uit, dat de vijand gedurende meer dan eene maand op ééne en dezelfde landstreek zal moeten levenwat men hem te eenenmale onmooglijk zal kunnen en moeten maken. (Men herinnere zich het vroeger medegedeelde omtrent het gebrek in het Pransche leger om Dresden, in 1813. Pu.) Dus, al onderstelt men zelfs eene wanverhouding tusschen de strijdkrachten, even groot als die bij den aanvang van den oorlog 187071, ziet men toch, dat zulk een verdedigingsstelsel de Duit- sche legers zal noodzaken in Champagne te blijven staan, en dat de insluiting van de twee groote geretrancheerde kampen van Chalons en Chaumont hun de ernstige moeielijkheden in den weg zal leggen, Men mag dus hopen, dat de handeling van de vestingen en van de versterkte legerplaatsen, vereenigd met die van talrijke en flinke legers, Parijs beveiligen zal tegen een' nieuwen aanslag van Pruisen. Het is goed te doen uitkomendat dit ontwerpterwijl het de burgerlijke belangen het best beschermt, tevens voordeelig is uit het oogpunt der spaarzaamheid. Immers reeds twee bestaande ver schanste legerplaatsen moeten slechts vergroot en verbeterd worden, en de nieuwe sterkte, buiten de bewoonde plaatsen gelegen en geene groote oppervlakte moetende dekkenzal de aankoop van gronden voor haren opbouw niet zeer kostbaar zijn. W de slooping der wallen om Sedan, Vitry-le-PrancaisVerdun, Sois- sons en Toul betreft, de uitgaaf, die zij na zich zal sleepen, za grootendeels bestreden worden door den verkoop van terrein, dat men aan de volksvlijt laat. Bovendien, het staande leger zon de meesje dezer verdediging 496 Zie, wat wij vroeger over n,vesting-steden" mededeelden: Militair tijdschrift 1872, bl. 241 Fr.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1872 | | pagina 503