43
bewuste voorstel, een felle oppositie waargenomen. De grondslag
daarvan moet echter minder worden gezocht in het op onbegrijpelijke
wijze vasthouden aan oude voorschriften, gebruiken of privilegiën,
dan in andere oorzaken, voor belanghebbenden van pecuniëelen aard.
De bezitters van rangen namelijk werden door de aanneming van
het betrekkelijk wetsontwerp persoonlijk benadeeld; van daar hunne
tegenkanting
Men weet, dat het koopstelsel intusschen bij besluit van H. B.
M. dd. 20 Juli 1871 feitelijk is afgeschaft.
2°. Becensent heeft mijne beschouwing over het in arrest stellen
van reclamanten blijkbaar niet gevat.
Mijne bedoeling is geenszins om den reclamant, in den geest
als door hem wordt aangegevenmet den van misdrijf verdachten
militair te vergelijken.
De wet geeft tot verschillende opvattingen omtrent de soort van
het arrest aanleiding, (f)
Mijn gevoelen is, dat de reclamantzooals ook vroeger geschied
de, voorloopig in de arrestkamer moet verblijven, en wel, omdat het
tegenwoordige kwartierarrest ondoelmatig is.
Bedenkt men hierbij, dat de officier-reclamant arrest //in zijne
woning" heeft, terwijl de onderofficier en soldaat in dat geval in
den regel een kampement van grooten omvang bewandelen mag,
dan vraag ikof het denkbeeld om den minderen militair in de
arrestkamer af ,te zonderen, tot dat over de degelijkheid zijner be
zwaren eenig licht is verspreid, tegen de eischen der logica aan
druist?
3°. In zijne beschouwing over de desertie meent ree., dat de on
partijdigheid van mijne zijde zoude hebben geëischt, dat ook mel
ding was gemaakt van een drietal missives van het Militair Depar
tement waaruit zoude blijken//dat het voorstel om het geheele
eiland tot garnizoen voor de bezetting te verklaren van het Leger
bestuur is uitgegaan."
Ik betwijfel, of uit de bloote aanhaling van dagteekening en No.
dier missives de strekking van den inhoud te bepalen is, maar wel
is, met genoegzamen grond, uit den aanhef van het gouv. besluit
Vide o. m. Nieuw Bat. Handelsblad van 15 Sept. 71,
Zie bladz. 349 van het mil. tijdschrift 2C jaargang.
(5) Zie bladz. 351 als voren.