513
Zal nu niet telkens de geheele kolonnebij het stooten op iedere
kleine vijandelijke afdeeling, behoeven op te marscheeren, en zal die
opmarsch, zoo noodig, bedaard plaats hebben, dan moet er tus-
schen den hoofdtroep en de voorhoede eene zekere tusschenruimte
bestaan. Die tusschenruimte moet vrij groot zijn.
Moet er nu eene tweede tusschenruimte zijn, m. a. w. moet er,
behalve voorhoede en hoofdtroep, nog eene reserve zijn?
Iedere bevelhebber moet altijd eene reserve, d. i. iets wat hij nog
over heeft, hebben, om die op een gewenscht oogenblik in het vuur
te kunnen brengen.
Alles wat onmiddellijk in het vuur wordt gebracht, is, in het
voordeeligste geval, slechts in geringe mate ter beschikking van den
aanvoerder, meestal is het dat niet.
Een bevelhebber kan eerst dan beslissend optreden, wanneer hij
nog gesloten troepenkorpsen tot zijne beschikking heeft of die na
een of ander gevechtsmoment weder formeeren kan.
Daarom moet men zonder reserve nimmer een gevecht beginnen.
Het indeelen van eene reserve op marsch is evenwel eene andere
zaak. Dat is niet nopdig. Men moet eerst eene reserve hebben
wanneer het gevecht begint.
Hoe komt het nudat men geen onderscheid tusschen die twee
geheel van elkander verschillende gevallen heeft gemaakt?
Omdat men ten allen tijde veel te veel waarde heeft gehecht aan
de wetenschappelijke militaire benamingendie in de taktiek en stra
tegie voorkomen. O die nomenclatuur.
Wat beteekeut eigenlijk reserve? Alle troepen, die nog geen
deel aan het gevecht hebben genomen, zijn eene reserve voor den
opperbevelhebber.
Heeft men soms eene reserve noodig, om op marsch tusschen de
troepenafdeelingen afstanden te hebben?
Voor het gevecht is het zeker niet voordeelig, wanneer de eene
troepenafdeeling een half uur later aankomt, dan de voorgaande.
Natuurlijk zijn er, gedurende den marsch, tusschen de verschil
lende korpsen afstanden noodig, om daardoor te beletten, dat zich
kleine oponthouden voortplantenmaar die afstanden behoeven geen
1000 of 2500 pas te bedragen. Kleine afstanden tusschen de on
derdeden van den hoofdtroep zijn voldoende; want men bedenke
steeds, dat deze afstanden eigenlijk dienen om onder sommige om
standigheden verloren te gaan, en dat, wanneer zulks gebeurt, die
afstanden eerst langzamerhand worden hersteld.