544 drie maanden vroeger op dezelfde plek geleden door de eskadrons van Latour-Mau'bourg. Bliicher was achter de Katzbach gekomen. Op dringend verzoek van Gouvion Sait-Cyr, snelde de keizer met J\Tey het door Sclnvarzenberg bedreigde Dresden te hulp. Het gevaar was groot. Gouvion Saint-Cyr had een zes- of zevenmalen sterkeren vijand in zijn marsch weten tegen te houden maar hij was nu tegen de muren van eene groote stad gedrongen en had geen troepen genoeg om ze te verdedigen. De keizer kwam. De gelegenheid, die hij te vergeefs in Silezië gezocht had, hij vond ze nog veel schooner in Saksen. Hij greep ze aan. De slag van Dresden duurde twee dagen. De eerste was een dag van roem voor het veertiende korps (Gouvion Saint-Cyr) en van de jonge garde, de tweede voor de ruiterij. De aandacht van den keizer was geheel gericht op een zwaar korps Oostenrijkers, dat den linkervleugel der boudgenooten uitmaakte en zich zoo gewaagd had in een dal met steile wanden, dat het onmooglijk was, in geval van gevaar, de minste hulp te ontvangen. Zijn invloed 'op zijne oude wapenbroeders had den bekwaamsteu en bij de soldaten liet meest geliefden kavallerie-generaalMurat, tot hem teruggebracht. Hij toon de hem die prooi. Sinds den morgen viel de regen met stroomen neder. In den modder en bij het ongunstigste weder was niets minder dan zulk een chef noodig om een onervaren troep ter overwinning te geleiden. Hij zelf voerde de jonge ruiters tegen de carrés aan wierp deze omversabelde alles neder, wat stand hield maakte gevangenen bij massa's en joeg de overigen op de vlucht. Die linkervleugel was in weinige uren vernietigd. //De Rransche ruiterij"schreef Bel- liard//heeft waarlijk wonderen gedaan." In gelijken geest schreef Murat zelf des avonds uit Wolnitz (27 Aug)) I'andamme een1 dag later uit Hellendorff, Marmont twee dagen later uit Palkenhayn. Yandamme had last ontvangen Töplitz in Boheme te bezetten, de hertog van Ragusa moest den geslagen vijand vervolgen. De 15derl Aug. had echter laatstgenoemde tot den keizer de profe tische woorden gericht en den 16™ nog eens herhaald: ,/Ik vrees, dat den dag, waarop LTwe Majesteit eene zegepraal behaald en een1 beslissenden veldslag zal meenen gewonnen te hebben zij vernemen zal, dat zij er twee heeft verloren.11 Reeds den 31s*en had de ramp van andamme s korps bij Kulm de voorspelling meer dan vervuld, want den 26stcn was ook Macdonald bij de Katzbach verslagen geworden door Bliicher, en den 23sten Oudinot bij Grossbeeren door Bernadotte.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1872 | | pagina 551