572
blad, //dat de resident den kommandant van de Kinsbergen niet
uitgenoodigd heeft nog gedurende eenige dagen te Marabahan ge
stationeerd te blijven." Die onbegrijpelijkheid kunnen wij voldoende
ophelderen. De Kinsbergen moest naar de hoofdplaats terugkeeren
//omdat de steenkolen verstookt waren en er geen victualie meer aan
boord was."
//Men had Wangkang den weg te water moeten versperren." Ge
makkelijk gezegd voorzeker, doch bij hoogen waterstand in den
west-mousson, als alle moerassige gedeelten des lands eenige voeten
onder water gezet worden, bepaald onmogelijk. De Kinsbergen, al
ware die te Marabahan in station gebleven, zou niet hebben kunnen
beletten dat angkang naar de hoofdplaats afkwam; want ze heeft
evenmin kunnen verhinderen, dat zijii zoo talrijke aanhang uit den
Boven-Doesson zich bij hem te Marabaham kwam aansluiten; inden
donkeren nacht voer deze voorbij den stoomer, zonder dat dit opge
merkt werd.
Na eene onjuiste opgaaf van het uur, waarop het eerste schot
werd gehoord(circa vier ure) zegt de berichtgever, dat men //weder
even overhaast" te werk ging.
Wij kunnen ons deze uitdrukking niet goed verklarenvooreerst
heeft men, alvorens de troepen uit te zenden, eene verkenuings-
patrouille uitgezonden, maar ten andere was, toen het bericht van
Wangkangs komst bevestigd werd, toch wel dadelijk optreden noo-
dig. Men kon den opstandeling toch niet ter hoofdplaats vrij spel
laten
De Banka kon zich door hare grootte en onhandelbaarheid in de
Banjermasin-rivier niet bewegendoch de medewerking tusschen
land- en zeemacht, blijkt o. a. uit de omstandigheid, dat even be
doelde verkennings-patrouille uit matrozen bestond.
De verdeeling der beschikbare macht is door den schrijver geheel
foutief opgegeven, zooals blijkt uit het boven op blz. 565 voor
komende. Toen men Wangkangs komst vernam, rukte de kapitein
W. E. Berkhoist met een gedeelte der inlandsche kompagnie van
de kolenloodsen op naar fort Tatas. De kapitein Eijken ver
bleef met het subsistentenkader aan de kolenloodsen om de ka
zernes en loodsen te bewaken. Naar schans van Tuijll zijn in 't
geheel geen troepen gezonden. Het is trouwens ook niet wel aan
te nemen, dat de overste Schultze de troepen naar eene zijde gedirigeerd
zoude hebbentegenovergesteld aan die, waar de vijand zich bevond!
//De kleine kolonne zoo zegt de schrijver al verder //rukte