587 Wangkang scheen zich naar het meest ontoegankelijke oord te hebben teruggetrokken. Den volgenden morgen werd eene militaire vertooning gemaakt naar de noordelijk van het fort gelegen kampong Oeloe benting; zij had ten doelzich te vergewissen of de gegeven bevelenom de ledig staande woningen af te brekengeschikte wegen aan te leggen en de bruggen te herstellen, werden uitgevoerd; men vond er de bewoners aan den arbeid bezig. Den 20sten rukte eene 100 man sterke patrouille onder aanvoering van den majoor de Rochemont uit, om de hulptroepen van Soeta Ono en van Becompaij te ondersteunen, in hunnen door de soengei Bedandan te ondernemen tocht. Eene met 15 matrozen bemande whaleboot van de Kingsbergenbeuevens eene landings-divisie dei- marine van 20 man namen aan dezen tocht deel. Des morgens ten 6 j ure werd deze rivier met djoekongs opgevaren, en, even als bij de vorige gelegenheden, alle voorzorgsmaatregelen genomen; Soeta Ono ging de expeditie met eenige der zijnen vooraf om te verkennenwaartoe hem tevens eenige Becompajers ten dienste stonden. Nadat men Simpang Nongki bereikt had, werd de tocht voort gezet langs de linkerspruitna dit riviertje nog ongeveer P/a uur te zijn opgevaren, werd de passage echter zoo smal, dat aan verder opvaren niet te denken viel. Soeta Ono zette met de hulptroepen den tocht dus verder over land voort, terwijl de troepen als soutien bij de djoekongs achter bleven. Geene verderop gelegen woningen noch vijanden bespeurende, keerde hij terug; hij had zijn tocht zoover mogelijk uitgestrekt; zijne hulp troepen waren op verscheidene plaatsen tot nagenoeg onder de armen in het water gezakt. Nu werd de route genomen naar Simpang Delat en van daar naar Simpang Nongki; op dit traject werd een der vijanden gevangen genomenen vielen ons verder een groote djoekong lombong en vier pikols padi des vijands in handen. Verscheiden huizen werden in de asch gelegd, als het eenige middel om den vijand afbreuk te doen. Soeta Ono toonde zich hier, even als bij de vorige tochten, onver moeid en vol ijver en geestdrift. Den 22sten begaven de resident en de kommandant der troepen zich per stoomer van Os naar Margasari, om er den stand van

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1872 | | pagina 594