Het zijn die opmerkingen en aauteekeningendie ons er toe leiden, den redacteur van het militair tijdschrift te verzoeken, enkele blad zijden van onze hand op te nemen. Wij gevoelen ons te meer ver plicht, tegen de door den kolonel Weitzel gegeven voorstelling van toestanden in Indië op te komen, omdat hij in der tijd, als adjudant van den generaal de Stuers, eenige jaren in Indië heeft doorgebracht, en dus .menig lezer in Nederland die voorstelling allicht als de ware zoude aannemen. //Hoe kon het ook in 's Hemels naam in iemands hersenen op komen, ons naar Oost-Indië te verwijzen om daar zuinigheid te leerenzoo roept de schrijver, op bl. 35 zijner brochure, met ver bazing uit. Wij moeten oprecht bekennen, dat wij zeker nog meer verwonderd waren toen wij die uitdrukking lazen, dan de schrijver, toen hij ze ter neder schreef. De schrijver vergunne ons dan ook, met den meesteu ernst en nadruk tegen die voorstelling op te komen; tegen eene voorstelling, die wellicht door velen gedeeld wordt, en er toe zoude kunnen medewerken, dat aan het Indische leger nog gedu rende geruimen tijd die verbeteringen worden onthouden, welke het zoozeer behoeft om in tijden van gevaar aan zijne bestemming te beantwoorden. In algemeenen zin is, naar wij vermeenen, het bovengestelde al dadelijk te ontzenuwen, wanneer wij er de aandacht op vestigen, dat de voorziening in kleeding, kazerneering, wapening, materiëel voor alle wapens en diensten en in vele levensbehoeften, in Indië veel duurder is dan in Nederland; dat hier permanent bijna 29000 offi cieren en manschappen in dienst zijn, en de werkelijke uitgaven voor het leger in totaal niet meer dan 20 millioen guldens per jaar bedragen; dat is gemiddeld, met inbegrip van de officieren, al het materiëelgebouwenvestingwerkenpaarden enz. enz. niet meer dan 690,per hoofd; zeker geen hoog cijfer. Maar er is meer. Onder de 20 millioenwelke ons leger jaarlijks kostzijn dit moeten wij vooral niet vergeten vele uitgavendie bij het Neder- landsche leger niet of in veel geringere mate voorkomen. Op enkele daarvan willen wij hier slechts wijzen. Vooreerst: ons leger bestaat geheel uit vrijwilligers, die door hooge handgelden tot dienstneming overgehaald moeten worden. De Europe anen kosten bovendien nog belangrijke sommen aan overtocht. Men 2

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1872 | | pagina 9