P R OTES T.
Be beste stuurlui staan aan v;al.
In de aflevering van Januari 1872 van het Tijdschrift voor
Nederlandsch-Indië komt een opstel voor over »De rietslagen bij
het Nederlanrlscl-Indische leger", door den Luitenant-Generaal J.
van Swieten.
Voorwaar een hoogst belangrijk onderwerp, dat, ongetwijfeld,
algemeen de aandacht zal trekkenen dit ook ten volle ver
dient, zelfs al ware het behandeld door een onbekende. Hoeveel
te meer zal dit dus het geval zijn, nu de schrijver is een man,
die verklaart op bladzijde 27 het Indische leger te hebben
gekend van 1827 tot 1830 en van 1835 tot 1862, in jaren van
oorlog en van rust; een man, die gedurende een reeks van jaren in
verschillende rangen en onder verschillende omstandigheden bij het
Nederlandsch-Iudische leger heeft gediend en zelfs het zeldzaam
voorrecht heeft genoten, van 6 October 1858 tot 5 Augustus 18(12,
dus gedurende bijna vier jaren, over dat leger het bevel te voeren.
Immers van een Generaal, van een gewezen Legerbevelhebber,
heeft men het recht te verwachten, iets goeds, iets degelijks, iets
waars, iets vrij van hartstocht en persoonlijkheden, vrij van insi
nuation en onbewezen beschuldigingenin één woordiets een Ge
neraal een gewezen Legerhoofd in alle opzichten waardig
8