287 sterfgevallen onder de pas uit Nederland komende manschappen voor kwamenis thans, in 1871, bij het suppletiedepöt te Meester-Gor- nelis, geen enkel militair gestorven. Wei een bewijs van den grooten invloed van een beter klimaat en van beter toezicht Équipement voor Indische Kavallerie- O(ficieren le velde. Een officier der kav.allerie te velde moet niets dan het volstrekt noodige medenemenzijn kleedingstukken moet ruim en gemakkelijk zitten. Twee jassen, twee broeken, vier hemdendrie flanellen hemdrokken, drie onderbroeken, vier paar sokken, eenige linnen zakdoeken, twee handdoeken, twee slaapbroeken, twee kabaaien,* twee paar hand schoenen twee paar laarzen of schoenen met sporenzijn meer dan genoeg om een halfjarige expeditie te makenmaar alles moet nieuw en van goede kwaliteit zijn. Hij moet voorzien zijn van een naai- zakje, waarin garen, naalden, kuoopen, schaar, mes, eist, pekdraad en een paar reservestroppeu. In den mantelzak plaatst hij de benoodigdheden voor het toilet als: eene verschooning van lijflinnen, een doosje met zeep, en een kam; verder, het naaizakje, een pakje linnen met windsels, wat pluksel, een stuk kleefpleisterpotloodouwels, inktkoker, gomelastiek, lepel en vorkdit alles in den verbanddoek van Esmarch gerold. Over den schouder een1 verrekijker en eene ledereu veldflesch, die ruim één kan inhoudt. In den zak berge men een klein kompaseen messamengesteld uit dolkmes, priem, lancet, vuurslag en veegmes, een sterk horloge en een spiegeltje. Op de borst onder den jas het zakboekje, met wat los wit papier, een potlood en eenige ouwels of een stukje mondlij m, gevouwen in een vierkant stuk geolied linnen. Op den voorboom des zadels plaatst met niet meer dan volstrekt noodig isom daardoor de voorhand te sparen: een koppel revolvers, twee mondzakken, voor mondbe hoeften, en gaba; doch wanneer zij gevuld zijn, bevestigt men die aan den middelsten pakriem zoodat zij door de buitenste pakriemen doorgaan en kort onder den mantelzak afhangen. Op het tweede of handpaard van den officier plaatst men een dubbelen lederen zak (sacoches) waarover een overtrek van geolied linnendat eene lengte van ned. el. en eene breedte van 61/,, ned. el. heeften tevens dient tot tent of legzeil. De sacoches zullen bevatten een vierkant hoofdkussentjede resteerende goedereneenige waskaarsenkaarten

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1872 | | pagina 294