Y A R I A. De bewapeningvelduitrusting en Meeding van de troepen te voet. Het is eene maar al te bekende waarheid, dat de tegenwoordige bewapening der infanterie van ons leger bepaaldelijk onvoldoende moet heeteiï, en verre ten achteren staat bij die van eenen eventu- ëelen vijand. Het is dan ook zonder twijfel dringend noodig, dat men thans, nu het nog vrede en dus nog tijd is, zoo spoedig mo gelijk tot de bewapening onzer infanterie met achterlaadgevveren overga. Zelfverloochening standvastigheid in gevaar dapperheid plichtbesef zijn in den oorlog, van hoe onberekenbaar nut ook, al leen niet meer voldoende, en wie zegt dat diezelfde eigenschappen ook niet evenzeer bij onzen tegenstander zullen gevonden worden? //Wat mogelijk is om een goeden uitslag van den strijd te ver zekeren, mag door eene vaderlandslievende regeering niet verzuimd worden" lazen wij onlangs op blz. 247 van dit tijdschrift. Wij zijn het hiermede volkomen eens, en meenen dus met recht van onze regeering te mogen vragendat wij met den meesten spoed in het bezit worden gesteld van een voldoend aantal geweren van het in Nederland als het beste beschouwde stelsel de Beaumont, zoodat de geheele infanterie, met inbegrip van legioenen en baris- sans en van de schutterijenmet zoodanig deugdelijk vuurwapen voorzien worde. Dat men hierbij op eene betrekkelijk belangrijke reserve moet rekenen, aangezien wij in oorlogstijd de middelen tot vermeerdering van onzen voorraad ontberen, behoeft wel geen betoog; 40,000 ge weren in totaal voor de infanterie zal dus ook wel een minimum zijn.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1872 | | pagina 75