120 Anders is het met den typhuswij hebben hem noch te Parijs noch te Metz gehad. Ik heb mij persoonlijk vergewist in eenige lijkschouwingen, dat zieken, gestorven met schijnbare kenteekenen van typhusinderdaad bezweken waren aan typheuse koorts. Hetzelfde is het geval geweest te Metz. De heer Grellois, voor wien//typhus en typheuse koorts twee aandoeningen schijnen in het wezen der zaak identisch, van dezelfde natuur, maar verschillend door den vorm", helt er toe over te geloovendat zich te Metz eenige gevallen voordeden. Niettemin zegt hij//eenige Duitsche artsenwaaronder zich de heeren Prerichs en Niemeyer bevonden, kwamen mij, eenige dagen na de overgaaf, vragen, of wij typhus hadden; ik antwoordde ont kennend, en daar dit vraagstuk in hun oog een groot gewicht had, bezochten zijmet het doel om er zich in persoon van te verzekeren een groot getal ambulances, waar zij eenige lijkschouwingen deden. Zij vonden er geen typhus." Toch verkeerden Parijs en Metz in omstandigheden, die volgens de klassieke geneeskunde, typhus moesten ontwikkelen. De heer Bouchardat heeft deze gegevens der algemeen aangenomene pathogenie zeer goed saamgevat in voordrachten, gehouden gedurende het beleg //Wanneer ik alles voor u zal herhaald hebben, wat ik sinds twintig jaren in mijn cursus over gezondheidsleer uiteenzetzult gij overtuigd zijn, dat de typhus noodlottig zeker geboren wordtals deze twee voor waarden vereenigd zijn -.hongersnoodopeenhooping. Zoo wij hongers nood ondergaanbestaat zeker reeds de voorwaarde van opeenhooping. //De factor hongersnood kan vervangen worden door de vereeni- ging van onderscheidene andere oorzakendie het gestel te gronde richten (ontoereikende voeding, koude zonder behoorlijke middelen om ze te doorstaan, buitensporige arbeid, vroegere ziekten, scheur buik, dysenterie, enz.), gelijk men heeft kunnen waarnemen bij het beleg van Sebastopol. //Ik zal u ook bewijzendat deze verschrikkelijke kwaal nimmer hare verwoestingen beperkt tot de belegerde stadmaar dat zij zie'1 door aansteking uitstrekt tot het belegerende leger, en dat zij dan even zeer de best gevoeden treft als de uitgehongerden." Dus laat de pathogenie van typ'nus zich voor den heer Bouchar dat samenvatten in drie woorden hongersnoodopeenhooping, aanste king. Parijs en Metz hebben den hongersnood, de opeenhooping, de koude, den scheurbuik, de opwekkende aandoeningen van den oorlog en de wanhoop der overgaaf gehad zij hebben geen ty phus gehad.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1873 | | pagina 127