6
dat onze beschouwing te donker gekleurd waredanwij herhalen
het, gaat men niet ver genoeg; dan drage men het leger niet langer
eene taak op, die het niet in staat wordt gesteld, met eere te ver
vullen; dan reduceere men het leger tot eene goed georganiseerde,
op militairen leest geschoeide politiemacht. Men bouvre geen kust-
batterijen als men tegen de kosten der bewapening opzietmen
veroorlove zich, om met Jacquemin te sprekenniet langer de weelde
om een muziekkorps te hebben zonder orkestmeester.
Wij zijn intusschen nog steeds van meening, dat men in Neder
land meer om het Indische leger zou denken, meer voor dat leger
zou doen indien men daar beter omtrent den bestaanden toestand
was ingelicht. Wij kunnen, wij willen en mogen ook niet aanne
men, dat men opzettelijk dat leger zou verwaarloozendaarvoor is
de kolonie te belangrijk, daarvoor heeft het leger te vele en te ge
wichtige diensten bewezen aan Koning en Vaderland. Wij gelooven
alleen, dat men ie veel op de deugdelijkheid van het leger, op het
talent van den aanvoerder vertrouwt; voorzeker, ons leger is dapper
en goed, veel kans is er, dat bij een oorlog zijn aanvoerder geschikt
is voor zijne taak. Maar daarmede, het kan niet genoeg gezegd
wordenofschoon het in de «losse gedachten over het Indisch krijgs
wezen" (blz. 373 van dit tijdschrift, jaargang 1872) reeds duidelijk
gezegd is, maakt men alle bestaande gebreken niet goed's vijands
leger en 's vijands aanvoerders zijn vermoedelijk ook dapper en ta
lentvol. En wij herhalen wat ook vroeger reeds is opgemerkt;
de zaken, het Indisch leger rakende, worden in Nederland beslist
door een minister, die hoe bekwaam en eerlijk staatsman ook, de
belangen van dat leger niet kent.
Wij hechten niet'aan een groot legercijfer, dat zonder onoverko
melijke uitgaven niet te bereiken is, of aan een groot aantal forten.
Het leger zoo klein mogelijk, het aantal versterkingen zoo gering
mogelijk beide zijn dan ook in Indië vrij wel een minimum maar
dan ook dat leger zoo goed mogelijk, de bepaald noodige verster
kingen ook volkomen in orde en naar de eischen des tijds bewapend
en niet het bepaald noodige uitgesteld om financiëele redenen of omdat
men meent, dat bet ook zonder dat wel gaan zal. Zonderlinge te
genstelling: nu meu Nederland's krijgswezen uit zijn verval wil op
heffen, doet men des te minder aan de verbetering van het Indische.
u A 'darmeeV ét at-major est te chef di or chestreles différent es amies sont
les concertants