142 26 officieren 42 Europeesche onderofficieren 13 Inlandsche 235 Europeesche minderen, en 362 Inlandsche totaal 678 man. 50 man van dit bataillon waren bewapend met achterlaadgeweren, stelsel Kuhn een detachement-artillerie onder den kapitein T. J. A. van Zijll de Jong, met twee berghouwitsers en twee coehoornmortieren, sterk 1 officier, 6 Europeesche onderofficieren, 23 n minderen, en 6 Inlandsche n totaal 36 man. Het kommando over de ambulance werd overgenomen door den officier van gezondheid B klasse K. W. Hamilton of Silvertonhill, en tevens werd zij versterkt met 1 officier, 5 Europeesche onderofficieren 13 minderenen 21 Inlandsche n terwijl de intendance gesteld werd onder de bevelen van den onder intendant 2e klasse S. JOsten, en het reeds aanwezige personeel bovendien werd vermeerderd met 3 officieren en eenige schrijvers. Gelijktijdig met deze troepen kwam de majoor der infanterie C. Beerens te Teboenkoes aan, ten einde den expeditie-kommaudant als chef van den staf ter zijde te staan. Het lag niet in het karakter van den kolonel de Brabant om lang te dralen hij had dan ook besloten, om, onmiddellijk als alles in gereed heid was, tegen Bandjar op te rukken. Den 24-ten October vond dit plaats. Behalve de geheele troepenmacht, die zich te Teboenkoes bevond, nam daaraan de marine-landingsdivisie deel; minder omdat naar de meening van den expeditie-kommandant de kolonne te zwak was, dan wel om bij die divisie den onaangenamen indruk, dien de vorige tocht waarschijnlijk had nagelaten, weg te nemen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1873 | | pagina 149