172 gewicht geweest. Wij hebben reeds uitgelegd dat al neemt men zelfs aan, wat toch een aanzienlijk resultaat zoude zijn geweest dat de vijand er in geslaagd ware hetzij een fort, hetzij de geheele stelling van Saint-Denis te veroveren de belangrijke verdedigingswer kendie hem vervolgens voor de vesting tegenhielden, niettemin bleven bestaan. Men kon dus aan dien kant wel een alarm duchten, maar het gevaar, het groote gevaar was niet daar. Het was aan den zuidkant. Daar wendden dan ook de Duitschers hunne krachtigste pogingen aan; daar had de hardnekkige strijd plaats, die mettertijd beslissend kon worden. Te Saint-Denis had den de Pruisen tachtig stukken belegerings-geschut en zestig waren er bovendien gericht tegen de forten in het oosten, terwijl zij ten zuiden van Parijs ongeveer twee honderd stukken moesten hebben, gewend naar de stad zelve, waarvan vier en twintig in eene enkele batterij te Meudon. Deze ontzagwekkende opeenhooping van aanvalsmiddelen overstelpte des daags onze forten met een regen van projectielende nacht werd bestemd voor hunne veel vreeselijker werking tegen de wijken van de plaats, die zij bereiken konden. Men had aan die zijde de hulp bronnen der verdediging op zeer groote schaal moeten ontwikkelen, en wij waren er zelfs binnen weinig tijd in geslaagd het geweld van het vuur met voldoende uitkomsten te weerstaan. De forten, veel meer blootgesteld, hadden geleden, maar het einde van hunnen te genstand was zeer moeilijk vooruit te zien, en in den staat van zaken op het ongenblik der wapenschorsing zeker nog zeer verre verwijderd. Wij moeten dus, als onpartijdige tegenstander, erkennen, dat het eerste gedeelte der Duitsche krijgsverrichtingen om Parijs allen lof verdiend heeft, maar daarentegen moeten wij ook verklaren, dat in het tweede tijdperk, die verrichtingen geleid zijn geworden met groote zwakheid De vijand had drie maanden in schijnbare werkeloos heid doorgebracht en hij had den tijd gehad om een afdoend plan voor te bereiden en te doen rijpen, waarvan de natuurlijke bekroning der groote overwinningen, die hij reeds behaald had, de uitkomst moest zijntoch is de aanval der Duitschers achtereenvolgens be proefd ten oostenten zuiden en ten noordenslecht ontworpen en nog slechter uitgevoerd geworden. Van hunne zijde is veel weifeling en veel handeling op de gis aan den dag gelegd in de keuze van het punt, waartegen die aanval moest plaats hebbendrie malen werd Of met grooten eerbied voor het leven van den Duitschen soldaat? Fr.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1873 | | pagina 179