elders; de nijverheid riep de hulp in van de werkzame geesten en
het getal adspiranten voor Saint-Cyr nam van jaar tot jaar afterwijl
de examens voor de n Centrale Schoolmeer en meer mededingers
telden. Dit komt, omdat het garnizoensleven, zoo als onze militaire
organisatie, zoo als het keizerrijk zoo als de gewoonte van het flaneeren,
te Saint-Cyr aangekweekthet gemaakt hebben niets aanbooddat een'
jongeling van achtien jaren, vol geestdrift en zucht tot handelenkon
verlokken. De officiers zonen sloegen wel den weg naar die School in
La Flèclie zond er wel alle jaren goede leerlingen en in grooten
getale henenmaar buiten deze beroepskeuzenbepaald door redenen
van familie belang, waren er slechts weinig candidatendie door
sterke neiging in deze richting werden gedreven, en de school heeft
in de laatste tijden niet dikwijls het voorbeeld zien herhalen van
dien professor, die eensklaps zijn' leerstoel verliet om zich aan te
melden voor het examen en den hoogsten graad te verwerven.
Het kwaad, waarop wij hierboven gewezen hebben, is, gelijk wij
geloovenop den weg der genezing. De oorlog heeft de uitwerking
gehad bij velen eene militaire roeping te doen uitkomen of ten minste
duizenden jongelingen te bezielen met hartstocht voor het krijgsmans
beroep. Yolgens de reeds gedane inschrijvingenkan men met zeker
heid voorzeggen, dat het getal candidaten dit jaar het ongehoorde
cijfer van zes duizend zal bereiken, dat is het achtvond van het
gemiddelde cijfer der laatste jaren. Het is duidelijk, dat op dit
legioen adspiranten de verhouding der keurnaturen tot de afgewe
zenen sterk zal dalen en dat, zoo men zich vergenoegt met er 400
tot 500 toe te laten (bijna het dubbele van eene jaarlijksche bevor
dering), men al een zeer merkwaardig jaar voor Saint-Cyr zal heb
ben! Hoe velen immers zijn er onder de uitstekendste kweekelingen
der lycéesdie bij het schouwspelbij het verhaal van zooveel rampen,
de loopbaan, die hun toelachte, hebben vaarwel gezegd, ten bate
van het toekomstige leger en van de school van Saint-Cyr. Nimmer
zal de gelegenheid voor eene hervorming zoo schoon zijn als bij het
begin van den nieuwen cursus, en het zou een onvergeeflijke misslag
zijn haar te laten ontsnappen.
Wat moet men doen. Men zou wellicht allen, die zich voor het
examen willen aanbieden, naar de regimenten moeten zenden; hun
drie, misschien zesmaanden in de kazerne en op het exercitie
veld doen doorbrengen; hen geheel inwijden in het vak van den
soldaat; in het kort, hen slechts voor het examen der school aan
nemen voorzien van een getuigschrift, door eene commissie van of-
223
O O