Bij het uitbreken van den oorlog ontbrak zelfs de gewichtige lijn Koblentz-Trier en was de geprojecteerde baan Keuleu-Trier nog maar voor een klein gedeelte voltooid. In Duitschland was men bij het uitbreken van den oorlog vol komen bewust van het voordeel, dat in de gegeven omstandigheden "het Fransche net boven het Duitsche hadmaar men trachtte door de meest doeltreffende regeling het plan tot vervoer zóódanig in te rigten, dat het arbeidsvermogen der verschillende spoorwegen tot eentot dus ver ongekend maximum gebracht werden hierin is men geslaagd. In vredestijd is eene permanente kommissie van den Pruisischen generalen staf belast, met medewerking der spoorwegbeambten op de hoogte te blijven van al wat op het spoorwezen van Duitsch land betrekking heeft, en zooveel mogelijk maatregelen te treffen om dit voor militair gebruik dienstig te maken. Deze kommissie nu had, door de ondervinding, opgedaan in den oorlog van 1866, geleid, een bepaald stelsel ontworpen, waarnaar het vervoer van troepenpaarden en materieel moest plaats vinden. (Mil. Speet. 1871, pag. 324). Hoe geheel anders was dit alles in Frankrijk De heer E. J. verhaalt daaromtrent verder het volgende: Tot op het einde van Juli wachtten in Frankrijk, de zoo plotseling in hare eerste positiën geplaatste troepenop de aankomst der re- servenbij sommige korpsen echter kwamen ze eerst in de helft van Augustus aan, dank zij de vertraging, die een onvermijdelijk gevolg was van voren omschreven centralisatiestelsel. De meeste manschappen der reserve waren geheel ongeoefend en volslagen onbekend met hun wapenmen trachtte hen gedurende de marschen naar de grenzen te exerceeren zonder er evenwel in te slagen, zoodat dan ook bij den aanvang van den veldtocht een vrij aanzienlijk aantal dier gewapende lieden eigenlijk even weinig soldaat was, als later de vrijwilligers van het Loireleger. Veel manschappen hebben zich nimmer bij hunne kompagniën kunnen vervoegenen veel troepenafdeelingen bleven inkompleeten zonder het benoodigde kader. Zóó zag het er uit met het leger dat «geheel gereed was." Van 19 Juli tot 11 Augustus wisten de meeste kapiteins niet, of men op voet van vrede of op voet van oorlog wasen konden dus niet juist bepalen, welk bedrag aan soldij hunnen manschappen behoorde uitgekeerd te worden. 286

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1873 | | pagina 293