298
brek aan tucht, als ware oorzaken van de aanhoudende nederlagen
die dat leger getroffen hebben.
Het schijnt, of het ongelukkige Frankrijk in 1870 en 1871 van
alle zijden door het noodlot vervolgd moest worden.
Niet genoeg dat de Keizer met zijne generaals en hovelingen het
land aan den rand van den afgrond brachtenmaar zelfs de later
zich opgeworpen hebbende volksleiders en volksvriendengloeiende
republikeinen en mannen die het overigens wèl met hun vaderland
schenen te meenen, moesten door hunne onkunde en verwaandheid
nog de rampen helpen vergrooten.
Een staaltje daarvan.
Na het hevige gevecht van 8 December had admiraal Jaurequi-
berry, die den rechtervleugel kommandeerde, in zóóver succes, dat
hij het veld behield en des avonds de positiën bezette van den
ochtend. Alles zou goed gegaan zijn, zonder de ongelukkige tus-
schenkornst van de delegatie van Tours, diktator Gambetta; Camo
toch was belast, de ravijn van Vernon in het front van Beaugency
aan de uiterste rechterzijde van het leger, het koste wat het wilde-
te behouden. Ongerust, dat hij van die zijde niets hoorde, zond
Chanzy officiereu uit om daarvan de oorzaak te vernemen. Toen
nu deze daar ten elf uur 's avonds aankwamen, was generaal Camo
niet alleen niet op de aangewezen plaats, maar hij had zelfs Beau
gency geheel verlaten op direct bevel van den gëimproviseerden
strategicus en minister van oorlogGambetta
Noch Chanzy noch Jaurequiberry was iets van die order mede
gedeeld, zoodat Chanzy zich bitter beklaagde, dat plotseling de
rechtervleugel van het leger niet gedekt was. Nog denzelfdeD nacht
was Beaugency door eene afdeeling Mecklenburgers bezet, zoodat al
het voordeel van den dag verloren ging.
De Mazade gaat dan ook in zijn tweede artikel, in de //Bevue
des deux Mondes" met onverbiddelijken ernst en gestrengheid
voort, den ex-diktator aan de kaak te stellen in zijne handelingen,
tijdens hijmet evenveel verwatenheid als roekeloosheid zich aan
het hoofd der nationale verdediging durfde te stellen.
Wij achten het na al het vorenstaande, schier overbodig nog meer
bewijzen aan te voeren voor onze stellingdat niet uitsluitend of voor
namelijk de meerdere getalsterkte, maar de uitstekende toestand van
het Duitsche, in tegenoverstelling met den eliendigen toestand van
het Fransche leger, oorzaak is van den uitslag van den veldtocht;
dat dus niet: //verreweg het grootste gedeelte der Duitsche zege-