301
Wij ontleenén daaruit eerst liet volgende.
//De veldtocht van 1859 in Italië was eene reeks van verrassingen,
nagenoeg alle veroorzaakt door het gebrek aan ondervinding en de
onbekwaamheid als aanvoerder van Napoleon III; die verrassingen
waren somwijlen grappig, maar meestal, om de schromelijke gevol
gen, diep betreurenwaardig.
Telken male dat Napoleon den vijand meende te verrassen, viel hij
zelf in een hinderlaag; telkens als hij hem meende te overvallen,
viel de vijand zelf hem geheel onverwacht op het lijf; zonder de
gelukkige tusschenkomst van Mac-Mahon zoude dan ook wellicht reeds
te Magenta het voorspel zijn opgevoerd van het bloedig drama van Sedan.
Voorts, den toestand van het tweede keizerrijk in de jongste jaren
beschrijvende, lezen wij
Leger.
De bevordering, vooral in de hoogere rangen, is geheel afhan
kelijk van gunst, niet van verdiensten. In het Fransche leger is
een geest van verdorvenheid gevaren, die het tot schande en ten
verderve zal strekken.
Geen wetenschappen, geen studie meer, maar ijdelheid, lediggang,
en zucht naar geld en gunst.
Men dient niet meer Frankrijk, zijn vaandel, de eer, maar men
maakt jacht op gelegenheden om het vorstelijke stamhuis hulde te
bewijzen; men verzekert voorts, dat, tot zelfs in de hoogste rangen
spionnen en stille verklikkers zijn.
De krijgsdienst is dan ook eene ware speculatie geworden.
Rechtswezen.
Bodewijk Napoleon is het heiligdom der gerechtigheid binnen ge
drongen, met verkrachting der wetten, met verkrachting van zijn1
eed, met verkrachting der constitutie.
Men schrijft dan ook dien Keizer het navolgende, zeer juiste,
maar verpletterende gezegde toe
//Autrefois la magistrature reudait des arrets et non des services,
aujourdTui elle ne rend plus que des services et en demande."
Algemeen Bestuur.
De centralisatie heeft van Frankrijk ééue groote machine ge
maakt, die een heirleger geroutineerde en eigenmachtige bureaucraten
onderhoudt en voedt.