Vooral de gouverneur, onder wien den oorlog aan 13oni is ver
klaard, was, hoewel overigens een kundig, ijverig en regtschapen
ambtenaar, niet vrij van ijdelheid, lichtgeraakt, eer-en oorlogzuchtig.
Die hem kennen zullen mij dat zeker toegeven.
In miju gevoelen, dat het mogelijk geweest ware eeuen oorlog
met Boni voor te komen, zonder dat de eer, de waardigheid of het
belang der regeering daarbij zoude hebben te lijden gehad, hoewel
van geheel persoonlijken aard, sta ik evenwel niet alleenmaar meer
dere zaakkundige en achtingswaardige personen deelden dat volkomen.
Ik heb o. a. een schrijven der regeering in handen gehad, waarbij
deze niet onduidelijk aan den gouverneur van Celebes te kennen gaf,
dat zij het er voor hieldzijne persoonlijke eerzucht in het geheel
niet vreemd was aan zijn onophoudelijk drijven tot eenen oorlog
met Boni.
Zijn antwoord was, dat wanneer de regeering er zoo over dacht,
hij evenwel vóór dien oorlog bleef adviseeren, maar in overweging
gaf, hem er c. q. buiten te latenzoo als dan later ook is geschied
zeer tot zijne teleurstelling.
Om over het meer of minder rechtmatige en noodzakelijke van dien
oorlog te kunnen oordeelen, met eene juistheid en onpartijdigheid, die
het gewicht der zaak gebiedend vordert, moet men niet alleen de
grieven der Ned.-Ind. regeering (zegge van den gouverneur van Celebes)
tegen het rijk van Boni kennen, maar eveneens, die van Boni tegen
onze regeering en wel van hun standpunt beschouwd.
Ik vermoed, dat de meerderheid mijn gevoelen niet deelen zal,
maar dat kan mij tot geene wijziging mijner overtuiging bewegen.
De meeste mijner lezers waren niet in de gelegenheidomzoo als
ikvan alles wat den oorlog met Boni is voorafgegaannauw
keurig kennis te bekomen.
Ook nu nog ben ik vast overtuigd, dat wanneer men b. v. den
vice-president de Perez, die, als gouverneur van Celebes, gedurende
jaren met het Bonische hof op den meest vriendschappelijken voet
en in de beste verstandhouding gestaan had, of een ander hoog ge
plaatst ambtenaar, in plaats van met eene expeditiedat eene politieke
fout wasmet een paar stoomschepen en een gevolg, in overeenstem
ming met zijne hooge waardigheid, naar Boni gezonden had, het
niet tot eenen oorlog met dat rijk zoude gekomen zijn.
Brieven, door den gouverneur van Celebes geschreven, en door
een inlander of inlandsch kind aan de Bonische regeering gebracht,
>kouden moeielijk tot dat doel leiden. Onze oude bondgenoot had,
323