331
al spoedig zoude hij daarvan, zoo niet geheel, dan toch grooten-
deels afstand moeten doenen ongelukkig al weder niet geheel zon
der onze eigen schuld.
Het ultimatum werd den 5den Februari, in eene gewapende sloep,
want er was een stuk geschut aan boorddat met open monding
dreigend naar den wal zag, door drie inlandsche zendelingen over
gebracht. Had men dat stuk geschut er afgenomenen die sloep van
eene witte of parlementaire vlag voorzienzoo als dat bij schier alle
volken gebruikelijk isin plaats van de zendelingen met een witte
paijong te voorzien, die althans op zee, voor zoo ver mij bekendde
parlementaire vlag niet kan vervangenzonder twijfel zoude het ma
nifest zijn aangenomen. Nu moest men zich de beschaming getroos
ten, om de sloep, onder dreigementen en scheldwoorden van de te
hoop geloopen gewapende Bonieren, te zien afwijzen en onverrichter
zake terug te keeren.
De commissaris was zelf zee-officier geweest; hij wist dus hoe
het hoorde. De officieren van de Prinses Atnalia, waartoe die sloep
behoorde, wisten dat zeker ook. Heeft men er niet aan gedacht?
Heeft men het over het hoofd gezien Is het opzet geweestom
zoo de vormen uit het oog te verliezen? Wie zal het zeggen?
Maar eene fout was het, en de Bonieren, die het ook opmerkten,
hebben er vermoedelijk eene bedreiging misschien wel een bewijs van
geringschatting in gezien, dat zeker niet dienen kon, om eene minnelijke
schikking te bevorderen.
En wat deed men toen?
Den volgenden dag werd het manifest door de zelfde drie inland
sche zendelingen in eene sampang gezetengeroeid door ongewapende
matrozen van eene der kruisbootenandermaal overgebracht, en be
hoorlijk ontvangen.
Evenmin toenals den vorigen dag, heb ik met een goeden kijker
de witte paijong kunnen zien, die zij bij zich zouden hebben gehad.
Naar mijn oordeel was die wijze, om een manifest van den verte
genwoordiger der regeering over te brengenvernederend.
Ze was niet overeen te brengen met de waardigheid van den com
missaris en der regeering die hij hier vertegenwoordigde. Andermaal
had men m. i. eene behoorlijk bemande doch ongewapende sloep van
een der oorlogschepen, maar onder parlementaire vlag met het manifest
naar den Bonische wal moeten zenden, en wanneer die, evenals de
gewapende sloep, ook met scheldwoorden en dreigementen was afge
wezen, was dat eene oorlogsverklarjng geweest, die door een onmid-