335 worden; haalt ieder opmerkzaam wandelaar met recht de schouders op over onze centraalstelling, in het bijzonder over onze vesting Willem I, en kan de positie Tjilatjap, waaraan wij schatten be steed hebben en voortgaan schatten te besteden, den toets eener ge zonde kritiek niet doorstaan. Daarom vraagt het leger een generalen staf, hetgeen gelijk staat met het vragen om een zijden staatsiekleed door eene vrouwdie prijs stelt op weelde ten koste harer huishouding. Daarom werd niet lang geledende legersterkte vermeerderd met een korps mineurs en sappeurs, terwijl wij, zonder verhooging van ons budget van ooiloghet hadden kunnen samenstellen uit het overigens weinig noodige wapen der genie. Daarom is onze artillerie voor den dienst te velde bijna uitsluitend toegerust met zwaar materieel, enkel ge schikt voor manoeuvres op goede wegen en effen pleinenmet vasten grond, waar wij den inlandschen vijand nimmer gevonden hebben of vinden zullenen waar wij ons nimmer mogen doen vinden door een Europeeschen vijandzoo die zich hier mocht vertoonen. Daarom Halt, riep mijn vriend uit toen ik^ zoo ver met mijne voorlezing gevorderd was, in dat laatste heeft Maurits toch wel gelijk. Wat doen wij hier met zwaar veldgeschut, dat we wel missen kunnen en onze marschen maar vertraagt? Nu, de meeste officieren bij de expeditie naar Atjeh dachten er anders over. Hadden we maar zwaar geschut, zeiden ze, dan scho ten we bres in de muren der vijandelijke versterkingenen zouden we die versterkingen met vrij wat minder verlies aan officieren en manschappen gekregen hebben. Wel mogelijk; maar hetzelfde resultaat is ook te verkrijgen met worpgeschut; met Coehoornmortiertjes en berghouwitsers. Toen de Pruisen bres geschoten hadden te Straatsburg, bestormden zij toch die bres niet, maar gingen ze door met hun verticaal vuur, in de overtuigingdat zij op deze wijze met minder verlies de vesting zouden doen vallen. Als wij die bentings des vijands een paar dagen lang onophoudelijk met granaten molesteerenhoudt de vijand het er niet in uit, en komen wij er met een minimum verlies in. Onze superioriteit in de artillerie zit vooral in het verticaal vuur; van die superioriteit moeten wij partij trekken. Met zwaar veldgeschut ver minderen we onze mobiliteit, waarin we toch allicht, door onze zwaardere bepakking der soldatenbij den inlandschen vijand ten achterstaan. Met licht geschut en een ruimen voorraad munitie ko-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1873 | | pagina 342