411
Vermaningen, bedreigingen, beloften, niets mocht baten; de fluitspe
ler vervulde getrouw, voor den proconsul ditmaal al te getrouw,
zijne plichten eu de laatste moest onverrichter zake huiswaarts keeren.
Dit herhaalde zich vele malen, totdat eindelijk Duillius, ten ernde
raadvan den Senaat de vergunning verzocht en verkreegden zich
weder verzameld hebbenden vijand nogmaals te mogen gaan bestrij
den en toen hij nu wederom als overwinnaar terugkeerde, vroeg hij
als eenige belooning aan den Senaat, dat men hem zijnen fluitspeler
weder zoude afnemen. Dit geschiedde, en van toen af kon Duillius
weder in alle stilte en onbemerkt zijne schoone gaan bezoeken.
In de middeneeuwen, toen de ridderstand naast den geestelijken
voorzeker wel het meest geëerd werd, was het algemeen streven, zich
door roemrijke, ja zelfs menigmaal aan het fabelachtige grenzende,
roekelooze maar schitterende daden zoodanig te onderscheidendat
men waardig geoordeeld werd den ridderslag te ontvangen.
Ten tijde der eerste Fransche republiek bestond de grootste mili
taire belooning voor hemdie zich uitstekend gedragen of bijzonder
onderscheiden hadin eene eenvoudige doch kernachtige bekend
making van wege de regeering: "le citoye?i tel ou tel aiïeu 7uevité
de la patrie", hetgeen ten naasten bij wil zeggen"de burger die of
die heeft zich jegens het vaderland verdienstelijk gemaakt.
De eerste Napoleon electriseerde zijne troepen door het uitreiken
der adelaars, en het inboezemen eener bijna fanatieke gehechtheid,
geestdrift en liefde aan en voor dit zinnebeeld van hunnen keizer,
dien halfgod zijner eeuw; en werd een hunner door den geliefden
keizerlijken overwinnaar in persoon het Legioen van eer op de borst
gespeld, dan kende hunne vergoding van diens persoon geene gren
zen meer, en ouders en kinderen, bloedverwanten en vrienden werden
zonder aarzeling verlaten om met en voor hem te strijden en te
sterven.
Deze of dergelijke gedachten zullen misschien ook wel het onder
werp der overpeinzingen van Neêrlands eersten Willem uitgemaakt
hebben, toen hij bij de wet van 30 April 1815 no. 5 de militaire
Willemsorde als hoogste belooniug voor den Nederlandschen militair
instelde. Blijkens die wet toch is 'de zooeven genoemde orde in
gesteld, aangezien "het toeleggen van vereerende belooningen aan,
en het dragen der daartoe behoorende teekenen of decoratiën door
diegenen, welke zich van de plichtenaan den.krijgsdienst te water en
te lande verbonden, door uitstekende daden van inoedbeleid en