486 berekeningen en gegevens, nagelaten door den maarschalk Niel, moesten de manschappengeroepen om de getalsterkte aan te vullen zich den negenden dag bij hun korps voegen, ingeval die korpseu zich bevonden in de nabijheid van depots, waar de kleeding moest plaats hebben. Elk bataljon leverde twee zijner kompagnieëu voor de formatie van het depot of van het vierde bataljon. Den twaalfden dag moesten, volgens de becijferingen van Niel, door de oproeping van de reserves langs den telegrafischen weg, de verschillende legerkorpsen zich bevinden op het punt, dat hun was aangewezen. Daar nu de last tot mobilisatie den 15en Juli gegeven was moest, overeenkomstig die berekening, het vervoer van de troepen den 28en een aanvang nemen. Maar dat zou zelfs zeer onwaarschijnlijk ge weest zijn in geval van goed overlegde mobilisatie, want van de honderd regimenten infanterie, die "Frankrijk in het begin van den oorlog telde, waren er slechts vijf en dertig, die hun depot in de nabijheid, in dezelfde stad, hadden. Zoo lag het 87° regiment te Lyon, terwijl zijn depot te Saint-Malo was; het 98B lag in garnizoen te Duinkerkenen zijn depot was te Lyon. Alzoo moest ieder soldaat, die op dat oogenblik niet onder de wapenen was, al had hij zich ook vlak bij zijn regiment bevonden, eerst naar het depot gezonden worden om er zich te laten kleedenen daarna bij zijn regiment terug komen. De artikelen van wapening en van den trein waren eveneens in enkele zeldzame magazijnen bijeengebracht, en de depots konden er niet tijdig van voorzien worden; voeg daarbij, dat met het aange- noinene stelsel van centralisatie er altijd eene bijzondere lastgeving van het Ministerie van Oorlog noodig was voor elke uitdeeling van wapenen en andere voorwerpenhoe onmisbaar zij ook waren. De moeilijkheden moesten te meer toenemen, omdat de regimenten tot het tijdstip der definitieve mobilisatie niet op een' bepaalden post bleven. De mobiele nationale garde was nog in een zeer ongekunstelden toestand, zonder degelijk kader, zonder oefening. Eerst na de oorlogsverklaring hadden tallooze benoemingen van kapiteins en commandanten plaats en eerst den 18^°" Juli werd het besluit om trent de formatie van de bataljons tot regimenten en brigades uitgevaardigd. De reserve kon slechts beschouwd worden als eene bende menschen in monteering en gewapend, op zijn best goed om achter wallen te vechten.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1873 | | pagina 493